Sprotje heeft een dienst | Page 5

M. Scharten-Antink
in het blauwe katoen;
goedig-gekscherend vroeg hij, of ze soms van plan was alleen haar
beenen te laten groeien.... en dat bracht haar nog het meest van streek.
Zij kreeg opnieuw haar pillen, kreeg een tweede briefje voor een
volgende maand melk. Schichtig-kleintjes, bijna zonder een
goeden-dag, maakte zij zich weg, en de dokter moest even lachen, toen
hij haar daar zoo pieterig door een kier van de deur zag wegsluipen....
Hij kreeg vaak van die verlegen nummers op zijn spreekuur voor de
bus-patiënten, maar dit was al een bizonder mal exemplaar, zooals zij
daar stiekem zotte gezichten stond te trekken en 'r mond niet open dorst
te doen; zijn knechtje, dat herinnerde hij zich nu, had hem verteld, dat
dit kind "Sprot" heette.
Twee dagen later was Marietje niet aan het avondeten; toen de moeder
en Ant en Sien al bijna klaar waren, kwam zij thuis, schutterig, in haar
mooie blauw katoenen japon en met haar mooiste galgenschort voor.
Ze zei niets, keek bloô en heet en er was iets van bedwongen leven over
haar wezen.
De moeder, al haar gedachten nog bij een twisterig gesprek over Sien's
vrijer, vroeg alleen, ontevreden:
"Waar kom jij vandaan? Kun je nog later komme?"
Maar Ant, die Sprotjes ingehouden-opgewonden gezicht zag en hoe dat
nu stug tezaam trok, zei troostend:
"Allé, meid, wat mankeert je?...."
"Heere bewaar ons!" giechelde Sien, "kijk die d'r blommen 's buiten
zetten vandaag!"
En toen de moeder opeens uitvallen: "Wat weerlicht! Wat mot je met
die goeie jurk?"
"Hè 'k toch zelf van 't naaie gekregen," beet het kind vinnig terug; "'k

ken me jurk toch antrekken as 'k wil...."
"En ik zeg, dat je 'm uit doet, kwaad nest!" stoof de vrouw op.
't Kind ging de keuken uit; toen ze terugkwam met 'r jurk nog aan, maar
met een bonte schort erover, waren de drie alweer in hun rommelig
moeite-gesprek terug.
Sprotje, zonder een woord, begon haar avondbrood te eten; twee roode
vlekken gloeiden onder de neere oogen en zij keek geen enkele maal
op.
"Nou, en al zeuren we der nog een uur over," zei Sien, "z'n vader wil
het niet, hè?.... kan ik er wat aan doen?"
"Al willen ze jou dáár niet, hij ken hier komme," herhaalde de moeder
voor de zooveelste maal haar eind-oordeel in al die twisten. "Hij ken
z'n pooten wel 's bij jouw familie over den drempel zetten,"
verontwaardigde zij zich nog, "we hebben hier de schurft niet!"
"Z'n pooten!" zei Ant; "most ie hooren!.... hij het altijd bottines aan, af
t'ie zoo van de dansles komt!"
En dat bracht Sien onbedaarlijk aan 't lachen.
De moeder stond op en schonk koffie bij.
Ze zag toen, dat Sprotje zich niet verkleed had.... maar tegelijkertijd
ontmoette haar blik den blik van Ant, die met een eigenaardige
uitdrukking juist van het stil voor zich kijkende kind omhoog ging, en
in hun beider oogen kwam iets welgevalligs, of ze elkaar beduiden
wilden, dat Merie toch nog wel wat leek, zoo in 'r nette
groote-menschenkleeren.
"Rare sijs," mopperde de vrouw alleen, goelijk.
En plotseling, met een fellen blik van boven haar bord òp en de tafel
rond, zei het kind luid en duidelijk:

"'k Heb een dienst!"
Even bleef het stil.
"Wel God nog en toe!" kwam de moeder, beduusd door de wonderlijke
manier, waarop zij het te hooren kreeg.
Maar Ant en Sien tegelijk aan 't vragen:
--Wat?.... een dienst?.... waar?.... bij wie?.... hoe was ze daar an
gekommen?.... wat kon ze verdienen?....
"En God nog en toe," zei de moeder voor de tweede maal.
Achterop haar stoel, de handen wijs-bezadigd over elkaar op den buik,
zat het kind, en zij keek beurtelings de drie vrouwen aan met een
wonderlijken blik van hoovaardigheid en achterdocht. Ze had een
verholen-heerlijk meerderheids-gevoel over haar geheim en een
vijandigheid tegelijk tegen die anderen, die wel nooit iets voor haar
gedaan zouden hebben....
"'k Hoef het nog niet eens te vertellen," dacht ze, maar ze zei toch:
"Een dienst uit de Advertentiebode.... bij meester Jonkers,.... de volle
kost.... en twaalf stuivers in de week."
"Wat een aap!" schreeuwde Sien.
Doch de moeder kwam toegeschoten:
"Meester Jonkers?.... uit de drie Alleetjes?.... en de volle kost?....
middageten ook?.... en slapen?.... en twaalf stuivers in de week?"
Toen het kind dat alles bëaamde, werd de vrouw nog even kwaad:
--O! en huurden die menschen een meissie maar zoo, buiten de moeder
om? hadden die met de moeder soms niks uit te staan?
"Ja...." zei het kind, "de juffrouw vroeg, of u van avond niet eris even

an zou kunne komme."
Toen knikte de vrouw van voldaan te zijn, en Ant zei:
"'t Hei je kranig gedaan, Merie!"--
"Sprotje, me dotje!" relde Sien; maar de moeder en Ant vonden, dat er
nou volstrekt niet geplaagd behoefde te worden, en ze vroegen nog
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 33
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.