Men vertelde ons dat die pannen van Java waren aangevoerd, wel een bewijs dat er hier veel scheepvaart is. We gingen niet heen voordat de zon, die op onze ongedekte kruinen begon te branden, ons tot den aftocht dwong. Na het ontbijt zouden we de uiterste ZO. punt van ons schiereiland, Kaap Bira (Oedjoeng Lassowa) bezoeken. Natuurlijk werden de geweren niet vergeten. Eerst moesten we langs een voetpad naar beneden afdalen om aan het strand van de baai van Bira te komen. We wandelden over een rotsig terrein. Er deden zich hier op geologisch gebied interessante verschijnselen voor, die erop wezen, dat de kust periodiek sterk gerezen was. In den rotswand aan onze rechterhand was zeer duidelijk afgeteekend 't oude zeeniveau. Door verwering en door den golfslag was over grooten afstand in den rotsmuur een diepe groef ontstaan, door hare afmetingen hier en daar het idee van holen wekkende. Een vijftig meter lager zouden we hetzelfde verschijnsel zien, maar met de zee en de lucht nog steeds in werking. De formatie aan het tegenwoordige en aan het oude strand waren zoo treffend gelijk, dat ieder, die niet geheel vreemd staat tegenover natuurkundige verschijnselen, terstond tot de conclusie moet komen, dat de natuur ons hier een kijk gaf in haar werk van eeuwen en eeuwen. Een Aeonen-kalender, aan de hand van welken wij het niet onderstaan berekeningen te maken. Beneden aan het fraaie breede strand, waar dit ook nog breed genoeg was voor eene klapperaanplant, vonden we verschillende bantilangs of scheepstimmerwerven. Hier werd door eenvoudige inlanders, evenals te Lemoe-Lemoe, het eerzaam beroep van scheepsbouwer uitgeoefend. De Biraneezen zijn van ouds wijd en zijd beroemd om die kunst. Verschillende flinke zeilschepen, die hier op stapel stonden, vertoonden het onmiskenbare oudeuropeesche type van de "Halve Maen"; ook het tuig van deze prauw-pelari's vertoont, in tegenstelling met de andere, in groote trekken het europeesche type. De vaartuigen zijn dikwijls niet alleen zeer fraai beschilderd, maar ook van snijwerk voorzien, vooral de ambing of stuurstoel. De wijze van werken, door den scheepstimmerman gevolgd, verschilt echter nogal wat van de europeesche. Het gaat hier klaarblijkelijk zooals met zooveel werk van inlanders, dan een greep, dan een ruk, dan een geweldige pauze. De aanwezige voorraad hout, waarvoor het meest gezocht is katondeng, ook wel genaamd nanassa of golassa, was ook veel te gering om een geregeld doorwerken mogelijk te maken. Maar men moet toch respect hebben voor den hoofddoek van Batjo, waaronder een uitstekende voorstelling van het geheel en de onderdeelen blijkt te bestaan, want zoo'n prauw wordt in elkaar gezet zonder eenige teekening en zonder dat er wiskunde aan te pas komt.
Op het blanke zand van het strand vonden we sponsen, koraal, puimsteen en vreemdsoortig gevormde, fraaie schelpen. We volgden nu eerst een wijle het strand in zuidelijke richting, doch weldra naderde de rotswand zoo dicht de zee, dat er zelfs bij laag water nauwelijks mogelijkheid bestond over den hier steenachtig geworden oever te loopen. Eigenaardig zooals op sommige plaatsen de rotsen door den golfslag waren uitgehold en in de grilligste vormen uitstaken. We verlieten dan ook het strand en gingen meer binnenwaarts over een plateau, dat ten slotte uitliep in den steilen scherpen hoek van Kaap Bira, door de inlanders de Oedjoeng Lassowa genoemd. Op den achtergrond verhief zich een steile, ongeveer 120 M. hooge heuvel, de Djanggo genaamd, typisch wegens den platten vorm, die de uitlooper is van het hooge heuvelland, dat in noordelijke richting langs de kust van Bira loopt. Een fraai uitzicht hadden we hier over de 9 mijl breede Straat van Saleyer met de eilandjes Lyoekang Lowe en Sarontang, benevens in de verte, wazig, het groote eiland Saleyer. Rechts een onbeperkt uitzicht over de Soendazee en de zuidkust van Celebes, links over de Bonische Golf. Geen wonder dat de zeeroovers dit vroeger een uitgezocht punt vonden om zich te nestelen. Een uitgestrekt vergezicht hebbende over de nabijliggende zee?n, konden zij de vreemde vaartuigen, zoowel aan de oost- als aan de zuidkust van Zuid-Celebes bespieden, terwijl de eigen vaartuigen de terecht gevreesde kaap niet behoefden om te varen, daar de baai van Bira en die aan den anderen kant van Kolong met hare strandvlakten zeer veilige schuilplaatsen aanboden.
Voor den steil uit zee oprijzenden hoek steken eenige losse steenen uit, die altijd boven water blijven. Hier ziet men een paar maal in de maand de booten van de Koninklijke Paketvaart Maatschappij, passeeren op hun weg naar de Molukken en de Golf van Boni, voor welke schepen dit 300 à 400 vadem diepe vaarwater een uitstekende doorvaart aanbiedt. Voor kleine vaartuigen maken de hier dikwijls voorkomende hevige winden en stroomen het tot een gevaarlijk vaarwater; eenige jaren geleden verging op deze plaats nog een kruisboot, die de Landraad van Sindjai aan boord had. De zeer felle stroomen, welke men hier kan aantreffen en die
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.