eene basiliek
uit de vierde eeuw, de Santa-Reparata in Palude, stond, die zelve de
plaats had ingenomen van baden, door Keizer Hadrianus gebouwd. De
moerassige gesteldheid van het terrein rechtvaardigt ten volle den
bijnaam in Palude; zij is ook de reden van de herhaalde zettingen of
verzakkingen, zoowel van de kerk als van den campanile.
De naam van den bouwmeester Buschetto is door een geheimzinnigen
nimbus omgeven. Men weet niet van waar hij geboortig was;
sommigen beweren dat hij een Griek van geboorte was. Is dit werkelijk
het geval, dan zou de oudste school van Pisa eene dochter zijn van die
van Byzantium. En waarom ook niet? Riep niet de abt Desiderius, juist
in dienzelfden tijd, de hulp in van byzantijnsche kunstenaars om de
studie der kunst in zijn klooster van Monte-Cassino te reorganiseeren?
Wat hiervan zij, naar het schijnt heeft Buschetto merkwaardige proeven
van technische vaardigheid gegeven, die zijne tijdgenooten met
bewondering vervulden en hem den bijnaam verwierven van den
Daedalus zijner eeuw.
Zoo als ik zeide, werd met den bouw van den dom in 1063 een aanvang
gemaakt; het werk werd met buitengewonen spoed voortgezet. Indien
het Buschetto al niet vergund was de laatste hand aan den arbeid te
leggen, dan was die toch bij zijn dood zoo ver gevorderd, dat zijn
leerling Rainaldus dien in korten tijd ten einde kon brengen: het
kolossale gebouw werd in 1100 voltooid, binnen de veertig jaren alzoo
na het leggen van den eersten steen. De officieele inwijding had echter
eerst in 1118 plaats, in tegenwoordigheid van Paus Gelasius II.
De dom van Pisa heeft de gedaante van een latijnsch kruis; hij is
verdeeld in vijf schepen, met vensterloozen koepel boven het kruispunt
van het transept. De lengte bedraagt ongeveer vijf-en-negentig el, de
breedte twee-en-dertig en een halve el, de hoogte van het middenschip
iets meer dan drie-en-dertig el. De voorgevel is in vijf verdiepingen
verdeeld, die door acht-en-vijftig zuilen worden gedragen; de
benedenste verdieping wordt gevormd door zeven blinde
booggewelven, in drie waarvan deuren zijn aangebracht; de andere, die
als het ware twee frontons boven elkander vormen, bestaan uit eene
reeks rondbogen; op zuiltjes rustende. De zijgevels van het gebouw zijn
op dezelfde wijze met blinde bogen versierd; alleen de
bovenverdiepingen hebben kleine, deels getraliede vensters.--Dat men
bij den bouw ruimschoots van antieke materialen gebruik heeft
gemaakt, valt vooral in de apsis duidelijk in het oog. Eene menigte
zuilen, van porfier, van graniet, van numidisch marmer, sommigen glad,
anderen gekanneleerd of gedraaid, zijn ongetwijfeld uit romeinsche
gebouwen afkomstig. Men heeft zelfs niet de moeite genomen om ze
voor de nieuwe bestemming pasklaar te maken, of de kapiteelen, die
zelfs in afmeting verschillen, te vervangen; korinthische en ionische
nemen hier broederlijk hunne plaats in naast komposietkapiteelen.
Voorwaar, wel mag van de steenen van den dom te Pisa gezegd worden,
dat zij spreken: zij hebben ons eene geschiedenis te verhalen van
twintig eeuwen. Hier ziet ge eene romeinsche inscriptie, waarvan de
letters ten onderste boven staan; daar, aan den voorgevel, de
sarkophaag waarin Buschetto rust; op eene zuil in de kerk het woord
Ugolinus, in fraaie middeleeuwsche letterteekens en voorafgegaan door
een kruis; aan den ingang van het koor, ter rechterhand, een opschrift,
vermeldende dat in 1810 de sarkophaag van de gravin Beatrix, de
moeder van de beroemde gravin Mathilde, naar het Campo-Santo is
overgebracht; daarboven het eerwaardige grafschrift van de gravin
zelve; eenige schreden verder, in gekleurde letters, die ondubbelzinnige
inscriptie, door een of anderen heethoofdigen Culturkämpfer op de
gewijde wanden gegrift: "Non vogliamo i Gesuiti" (wij willen geen
Jezuïeten). Of liever dat stond er eenmaal: want--naar echt italiaansche
manier!--men heeft het opschrift in hoofdzaak laten staan, maar alleen
het woordje non uitgewischt, zoodat de zin nu juist is omgekeerd!
Het inwendige van den dom is arm aan beeldwerk, vooral aan
standbeelden. Naar het schijnt, was deze wijze van versiering, in de
oogen der ernstige romaansche architekten, te ijdel en te wereldsch.
Alleen de voorgevel maakt den indruk van pracht en rijkdom. De twee
prachtige kolommen met gebeeldhouwde schachten ter wederzijde van
den hoofdingang; de liggende leeuwen op die zuilen; de ingelegde
figuren van gekleurd marmer; de vijf standbeelden uit de school van
Giovanni Pisano (de Madonna en vier heiligen) aan de hoeken en op de
spits van de bovenverdiepingen; de moderne mozaïeken in de lunetten,
zij allen bewijzen dat beeldhouwers en mozaïekwerkers geen moeite
hebben ontzien, om althans dit deel van het gebouw waardiglijk te
tooien. Vroeger prijkte de voorgevel bovendien met een aantal
sarkophagen en antieke beeldwerken; maar deze monumenten zijn
sedert lang naar het Campo-Santo overgebracht. Alleen de sarkophaag,
waarin het stoffelijk overschot van den bouwmeester der kathedraal,
Buschetto, rust is achter gebleven; men ziet hem nabij de linkerdeur in
den muur gemetseld.
Het voornaamste sieraad van den voorgevel zijn de drie bronzen deuren,
door den beroemden kunstenaar Giovanni da Bologna--eigenlijk
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.