geen keus en daar ging het heen vliegensvlug naar beneden langs afgronden en remmend bij de scherpe bochten, terwijl de wind zich tot storm had verheven. Tegen elf uur waren we weer op den Malakoffheuvel. Daar sprong een band. Terwijl ze aan het repareeren waren, gingen wij op shawls op den grond liggen, doodop van vermoeidheid en honger. Daar op de kale aarde tusschen de steenen kwamen herinneringen aankloppen aan anderen, die er zoo hadden gelegen, vermoeider nog dan wij, zoo moe, dat het leven langzaam uit hen heenvloot op een avond als dezen, waarop de kogels floten als nu de wind.
Den volgenden morgen liepen wij door Sebastopol en ik trachtte de opschriften te lezen op de uithangborden van de winkels.
Waarom hebben de Russen toch zoo'n ingewikkeld letterschrift? Om het ons nog moeilijker te maken, hebben ze enkele letters van ons genomen, maar hebben die andersom gezet. Hun M is een T, hun P onze R. En dan verschillen de gedrukte letters van het loopende schrift en de hoofdletters van de gewone en zoo meer. Men mag zich dan ook gelukkig rekenen, als men er na een verblijf van eenige weken in is geslaagd, de opschriften te ontcijferen. Wat het lezen van een geschreven adres betreft, daarop moet men maar niet hopen.
Langs de beroemde Corniche van de Krim reden we in den namiddag naar Yalta. Ons eerste uitstapje was naar het klooster Saint-Georges. Om daar te komen, moesten we den grooten weg verlaten en vijftien kilometer door het veld afleggen. De boer, die ons terecht zou helpen, verdwaalde en bij een gracht moesten wij pontonnierswerk verrichten, om door vulling met aarde erover te kunnen komen. Onze dames, altijd vol moed, droegen mee steenen aan. Ofschoon ik te Parijs wel wat bezwaar had gezien in de deelneming van teêre en aan weelde gewende vrouwen aan onzen avontuurlijken tocht, hier was ik al lang gerust gesteld. Zij hadden steeds haar goed humeur behouden en onzen moed aangevuurd. Ik kan dus ieder aanraden, dames mee te nemen, maar men moet ze weten te kiezen....
Prachtig was het klooster gelegen, driehonderd meter boven de diepblauwe zee, op een steile rots, en het moet voor de monniken met de lange haren niet moeilijk wezen, dag aan dag God te loven en te prijzen, dat hij hen in zulk een heerlijk oord laat leven. Over Balaklava reden we door een mooi en afwisselend land naar Yalta.
Het was er nu rustig, maar het oproer had er huisgehouden, en hier en daar was geplunderd. Wij hadden tot nu toe niets van al de onlusten, waarvan de couranten vol hadden gestaan, gezien; maar we hadden ons wel degelijk op gevaar gewapend. Ieder van ons had een revolver. Dan was er in de auto een karabijn en een jachtgeweer, waar we telkens onze beenen zeer aan deden; de dames droegen een dolkje, dat alleen gediend heeft, om de bladen van Steindhal's "Amour" open te snijden, maar dat in geval van nood dienst kan doen. Ik moet bekennen, dat van het begin af de wapens in de diepte van onze valiezen hebben gerust, want al is het al een groote last, een revolver te koopen, het is nog een veel grootere, het wapen in zijn broekzak te dragen.
Kort na onze aankomst hoorden we, dat Maxime Gorki in een villa in de buurt woonde. Bij een apotheker kregen we het adres, en ik toog er op uit. Door het mooie park van Tsjoekoerlar reed ik er heen en het laatste huis van een kronkelende laan met veel villa's was het huis, waar Gorki met zijn vrouw woonde. Bij de deur verstond de meid mij niet, maar toen ik een paar passen in de vestibule had gedaan, verscheen de stoere figuur van den dichter, die toen nog veel van de rechtvaardigheid van de russische regeering verwachtte. Wij hebben lang en veel over de fransche en russische letteren gesproken en ik zal altijd de aangenaamste herinnering aan de gesprekken van hem en van zijn vrouw behouden, waarbij mevrouw Gorki onze tusschenpersoon was, want Gorki zelf kende geen Fransch.
In de omgeving van Yalta reden wij door een verrukkelijk land. De geuren van de lente waren overal, en wat natuurschoon aangaat kan de Krim met de beroemdste oorden wedijveren. Men zou hier weken willen blijven, maar wij zijn al ten achteren met ons reisplan en nog zoo ver van Teheran! Zullen we daar ooit komen?
Livadia, de zomerresidentie van den Czar, was onbewoond; wij zagen het park en het eenvoudige woonhuis. Bloemen waren er veel, en veel soldaten. Bij elke bocht van een laan stonden soldaten; op de grasperken exerceerden ze en ze zaten op de treden der trappen. De kleur der uniformen staat niet leelijk tusschen het groen, maar hier in Livadia is er te druk gebruik van gemaakt.
Op 21 April gingen we aan boord van de
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.