Inaugureele Rede | Page 8

Hieronymus David Gaubius
ontleend worden dan aan datgene, waarover de
Scheikunde beschikt.
Dat de Geneeskunde zeer hecht met de Physica verbonden is, leert de
beschouwing van beide. Derhalve wordt zij met denzelfden band,
waardoor zij met gene vereenigd is, ook aan de Scheikunde gekoppeld
en de uiteenzetting daarvan zou geen woorden meer vereischen, als niet
nog een nauwer verwantschap van beide zich voordeed.
De Geneeskunde heeft als haar eerste voorwerp van studie het
menschelijk lichaam, dat leeft en derhalve ondeelbaar, verder geheel op
zich zelf staande is, waaraan zij door er bepaalde krachten van andere
op zich zelf staande lichamen onder vaste voorwaarden op aan te
wenden die veranderingen oplegt, die voor haar doel vereischt worden.
Zij houdt zich dus geheel bezig met op zich zelf staande dingen en zoo
eenige andere wetenschap, dan heeft zij er belang bij, dat de bijzondere
vermogens der lichamen, en hun werkingen wederkeerig op elkaar zoo
duidelijk mogelijk gekend worden. Daar nu aan het nasporen hiervan
de Scheikunde vooral boven alle overige wetenschappen bij uitstek en
met veel succes al haar moeite besteedt, wie ziet dan niet in, dat zonder
haar de Geneeskunde kreupel en gebrekkig zou zijn? Hieraan is het te
danken, dat de Scheikunde weldra en na zich aan het gemeen
onttrokken te hebben onder de geletterden in aanzien begon te komen,
thans stralend in haar eigen oorspronkelijken glans, en zoozeer alle
zonen der Geneeskunde er toe heeft gebracht haar lief te hebben en te
beoefenen, dat zij in de allereerste plaats van hen het werk, van hen de
lust is geworden. Ja nog meer; vervolgens ook in de Heilkunst zelf

gebracht heeft zij voor zich een gemeenschappelijk doel met deze
aangenomen en is toen met den nieuwen naam Iatrochemie naar
verreweg haar grootste deel gesierd geworden. Daarin dan schepte zij
zulk een behagen, dat zij terstond onvermoeid met alle
krachtsinspanning zich geheel er aan gegeven heeft om de landpalen
van hare bondgenoote uit te zetten. En voorwaar slechts iemand, die
geen kennis van zaken heeft, zal die dingen weinig noemen of van
geringe waarde, die daaruit de Geneeskunde ten goede zijn gekomen.
Immers welk gedeelte van haar men ook moge nagaan, hetzij dat, wat
door bespiegeling wordt volbracht, hetzij dat, wat zich bezig houdt juist
met de uitoefening van het werk zelf, beide getuigen luide van de
ontelbare diensten der Scheikunde; beide leeren door oneindig veel
voorbeelden, dat de samenwerking met deze in de hoogste mate noodig
is tot haar eigen volmaking.
Laten wij eerst de medische physiologie, als gij het goed vindt,
beschouwen. Eilieve, waardoor wel is men tot de overtuiging gekomen,
dat het laatste element en de basis der vaste deelen van het menschelijk
lichaam de maagdelijke Aarde is, die slechts uit een enkel bestanddeel
bestaand en zich zelf steeds gelijk blijvend, saamgehouden wordt door
een olieachtige lijm in haar midden, die eveneens zeer vast is? Zoo ver
komt zeker niet de scherpzinnigheid der anatomen. Alleen de
Scheikunde leert dit met volkomen zekerheid. Waardoor wel worden de
bijzondere aard van de vochten in het lichaam en eigenaardige krachten
daarvan bekend? Want met uitzondering van den meer algemeenen
vorm van vloeistoffen zal men tevergeefs zoeken naar iets anders aan
hen gelijk buiten de grenzen van het dierenrijk: ja zelfs zijn zij ook zelf
onder elkaar zoo verschillend als maar mogelijk is. Hier schiet de
Hygrostatica te kort; alleen de Scheikunde biedt hulp; zij is het, aan wie
wij nagenoeg alles, wat wij van die zaken weten, verschuldigd zijn.
Den aard van het bloed, die het midden houdt en noch zuurachtig noch
alcalisch is, het gemakkelijk stollen van het serum daarvan bij een hitte
grooter dan de natuurlijke, het zeepachtig karakter van de gal, de juiste
samenstelling en eigenschappen van het speeksel, van het pancreassap
en der lymphe en tallooze andere dingen zouden wij niet weten, indien
de Scheikunde er niet geweest ware. Waartoe zal ik nu gewag maken
der functies, die met haar bijstand schitterend zijn blootgelegd? Het

inwendig oplossen der spijzen in de eerste wegen, het daaruit
voortkomen van het chylus- en melksap, de noodzakelijkheid van spijs
en drank en de begeerte daarnaar, het ontstaan der zouten en
zwavelachtige deelen uit het opnemen van vrijwel smakelooze stoffen,
de merkwaardige verandering der vochten door de krachten van den
kringloop (om nog andere dingen voorbij te gaan) hebben zij weinig
passend verklaard, voor wie het meer heldere licht der scheikunde nog
niet had geschenen.
Indien wij dan nu een stap verder gaan tot het onderdeel der
Geneeskunde, de Pathologie, dan doen zich tallooze en bovendien nog
zeer ingewikkelde kwesties voor met betrekking tot de redenen der
ziekten, den aard en de verschijnselen daarvan, die de Scheikunde
alleen vermag op te lossen. Wie zou ooit doorzien hebben het
wonderbaarlijke ontstaan en het verschillend karakter der ziekelijke
zouten bij scheurbuik, jicht en lues Venerea, en hoe het een
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 17
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.