In Het Rijk van Vulcaan | Page 3

R.A. van Sandick
van vele reizigers, dan moet men zich
slechts verwonderen, dat het aantal slachtoffers der hooge bergen niet
grooter is. Leest de beklimming van den Jungfrau door Tartarin, den
echten opsnijder uit Tarascon in Daudet's onsterfelijk werk: "Tartarin
sur les Alpes." Daar hebt ge het type van den ophakkerigen
grootspreker, den bluffer, den "Bergfex", zooals de Tirolsche gidsen
die soort van touristen noemen. Maar daarmede is niet de bergsport
veroordeeld. Het is eene der meest volkomen uitspanningen, die er
denkbaar zijn, en het is voor onze eeuw een onvergankelijke eer deze
soort van sport in het leven geroepen te hebben.
Een Duitsch hoogleeraar gaf onlangs aan hen, die zich willen traineeren
voor bergklimmen, den raad om gedurende eenigen tijd elken dag
minstens een half uur achtereen te zwemmen, daar bij zwemmen en
bergstijgen dezelfde spieren in beweging komen. Voor ongeoefenden is
bij het klimmen het grootste bezwaar de versnelde ademhaling, die tot
hevige hartkloppingen aanleiding geeft. Uw tong kleeft aan het
gehemelte, het hart bonst; ge zijt al spoedig in een bad van zweet; de
knieën knikken; een gevoel van namelooze ellende overmeestert u en
ge doet een duren eed nooit meer op een berg te klouteren.

Maar ge moet nog naar beneden. Denk niet, bewoner der lage landen,
dat u dit gemakkelijker zal vallen dan het stijgen. Hebt ge ooit
getwijfeld aan de algemeene aantrekkingskracht, dan zult ge nu
overtuigd worden. Het is u alsof gij naar beneden getrokken wordt,
onafgebroken en onwederstaanbaar. De constante zwaartekracht, die op
u werkt, tracht u eene eenparig versnelde beweging mede te deelen, en
ge wendt wanhopige pogingen aan om eene eenparige beweging te
onderhouden. Bij het aanhoudend afdalen hebt ge, wel is waar, geen
last van kortademigheid, maar uw geheele lichaam siddert en trilt. De
ongewone beweging, die ge met dijen en knieën maakt, vermoeit u
verbazend en geeft u een onbeschrijflijk gevoel van wee. Ge gelooft,
dat het dalen erger is dan het klimmen. Eindelijk zijt ge beneden.
Nieuwe misères breken aan. De spieren uwer onderdanen zullen zich
wreken over de ongewone beweging, waartoe ze gedwongen waren.
Dood moe naar bed gegaan, hebt ge geslapen als een roos. Bij het
opstaan zijt ge zoo stijf in knieën en dijen, dat het u groote inspanning
kost een stap verder te doen. Dit is een gevolg van het afdalen en ge
kunt van geluk spreken, als ge deze stijfheid, die ge wellicht aan
rhumatiek toeschrijft en die even pijnlijk is als deze, in een week kwijt
raakt.
Als ge het nu bovendien hebt getroffen, dat de lucht onder u beneveld
was, toen ge op den bergtop waart, zoodat ge absoluut niets gezien hebt
van het vergezicht, dat men u voorgespiegeld had, dan zult ge wel voor
goed genezen zijn van het bergklimmen. Toch behoeft uwe eerste
ondervinding u niet af te schrikken. De grootste fout is geweest: ge
hebt te veel hooi op de vork genomen. Als ge nooit een berg bestegen
hebt, leg het dan kalm aan. Wees nederig in uwe keuze. Bestijg eerst
een heuvel, daarna een bergje. In den tijd van acht dagen zijt ge zoo
gewoon aan het ongewone, dat ge gemakkelijk een paar duizend voet
kunt klimmen. En nu hangt het van uw gestel, maar vooral van uwe
energie af, of ge het in de volgende acht dagen bij voortgezette
oefening zult brengen tot zes-, tot acht duizend voet. Ja ge behoeft er
niet aan te wanhopen om het zelfs in dien tijd te brengen tot de
werkelijk hooge bergen, de eeuwige sneeuw, de gletscherwereld.
Wellicht kunt ge u dan het "heimweh" van den Zwitser verklaren, die in

Nederland ziek werd van verlangen naar zijne Alpen.

Met eenigen goeden wil toch kan men geheel Nederland beschouwen
als een horizontaal vlak, dat zich slechts in twee afmetingen, lengte en
breedte uitstrekt. De horizon is onbeperkt, oneindig, slechts begrensd
door de kromming der aarde. Zijn er geen boomen, dan steken wij zelf
boven het geheele landschap uit. Bij de vaststelling van
hoogteverschillen rekenen wij met centimeters, boven of beneden ons
vergelijkingsvlak, het wereldberoemde Amsterdamsche peil (AP).
Er is voor ons geen reden om ons daarover te beklagen. Wij kunnen
met alle recht trotsch zijn op ons land, daar wij het zelf geschikt
maakten om er te wonen. Het is immers niet in overdrachtelijken zin,
maar letterlijk "ontwoekerd aan de zee." Maar de Zwitser, de bewoner
der bergstreken, kreeg "heimweh". Hij was geen platlandbewoner,
maar een kind der derde dimensie: de hoogte.
Verplaatst ge den Nederlander naar Indië, het bergland bij
uitnemendheid, dan komt omgekeerd de vroegere platlandbewoner
onder den overweldigenden indruk der derde dimensie, de hoogte,
waarvan hij in Holland slechts een flauw begrip had. De steile
rotswanden, uit wier spleten de wonderlijkst gevormde planten
opschieten, de boomen die zich verheffen hooger dan hij het ooit kon
droomen, met de meest grillige
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 72
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.