Het Vrije Rusland | Page 6

William Hepworth Dixon
van allerlei afmeting en soort,
en van verschillende landen afkomstig: zweedsche, deensche,
hollandsche, engelsche. De engelsche consul te Archangel, van den
toestand onderricht, telegrafeerde om hulp naar Engeland. Weinige
dagen later, den 12den Juli, vertrokken twee stoombooten van Londen,
om de ingesloten schepen en hunne bemanning te redden. Veertien
dagen na haar vertrek, verschenen de beide booten in de Witte-zee, en
begonnen zij haar zwaren en moeilijken arbeid.
De talrijke vloot was de havens van de Dwina uitgezeild, zoodra de
tijding was gekomen dat het ijs in de golf begon te smelten; maar toen
de schepen den zoogenaamden Gorgel--het kanaal dat de Witte-zee met
de Poolzee verbindt--waren binnengeloopen, keerde de wind plotseling
van het noorden naar het zuiden; in een oogenblik zagen de schepen
zich nu van alle zijden omringd en ingesloten door ijsschotsen, die met
geweld tegen elkander botsten. Met groote moeite en de uiterste
voorzichtigheid bereikte de vloot, zonder hinder, kaap Kanin; maar nu
strekte zich voor haar eene hooge en zware ijsmassa uit; het was
volstrekt onmogelijk, verder door te dringen: de schepen kraakten en
zuchtten en trilden bij den herhaalden schok der drijvende schotsen en
ijsbergen. Tot overmaat van ramp, draaide de wind weder naar het
noorden, en dreef nu drie dagen achtereen de ijsschotsen naar de
zee-engten; de schepen werden achteruit geworpen, en de doortocht
naar de open zee hun geheel versperd. Vruchteloos worstelden zij tegen
den geweldigen stroom, die hen naar de rotsige kusten van Lapland
heenvoerde, waar zij weldra door een onverbreekbaren muur van ijs
waren ingesloten.
Nu werd de akelige stilte dezer doodsche wateren telkens afgebroken
door het luide gekraak der schepen, wier kiel tusschen de opdringende
schotsen verbrijzeld werd, als een glas tusschen de vuist van een reus.

Ging een schip te gronde, dan sprongen de matrozen op het ijs, en
redden zich aan boord van het naastbij gelegen vaartuig: misschien om
eenige uren later nogmaals te verhuizen. Soms leden dezelfde matrozen,
op eenen dag, vijf of zesmaal schipbreuk, wanneer de bodems, waarop
zij eene toevlucht hadden gezocht, plotseling onder hunne voeten
wegzonken.--Toen de twee stoombooten hare taak hadden volbracht,
werd de volgende opgave aan het ministerie van koophandel gezonden:
"Het getal schepen, die door de bemanning moesten verlaten worden,
bedroeg vier-en-zestig; veertien schepen waren gered; de vijftig
anderen waren gezonken. Onder deze laatsten waren er achttien, in
Engeland gebouwd en door Engelschen bemand."

III.
DE DWINA.
De lage en vlakke oevers, met een weelderigen plantengroei bedekt, de
vele groene eilanden in den mond der Dwina verspreid, herinneren aan
den Missouri: maar het slib van de Dwina is minder vruchtbaar dan dat,
hetwelk de amerikaansche rivier met hare wateren aanvoert. Hier
prijken de eilanden alleen met gras en laag geboomte. Ginds, op het
vaste land, strekt zich, zoover men zien kan, een bosch van
eeuwenheugende pijnboomen uit.
Het lage vlakke eiland, dat men, bij het invaren der monding, ter
rechterhand laat liggen, heet Sint-Nikolaas, ter eere van den priester,
die, in heiligen geloofsijver ontvlamd, maar men verhaalt, op het
concilie te Nicea, den ketter Arius een slag in het aangezicht gaf.
Niemand weet waar deze Nikolaas eigenlijk geleefd heeft en gestorven
is; ook maakt de geschiedenis geene melding van zijne
tegenwoordigheid op het eerste concilie van Nicea. Volgens de
overlevering zou hij te Liki geboren zijn, en te Mira hebben gewoond:
van daar de bijnaam van den heilige van Mirliki; maar geen enkele
regel schrifts van hem is tot ons gekomen, en hetgeen men van hem
verhaalt is dikwijls in onderlinge tegenspraak. Dit alles belet evenwel

niet, dat Nikolaas een zeer populaire heilige is, die bij het volk hoog
staat aangeschreven. Hij is de patroon der edelen, der kinderen, der
matrozen, der bedevaartgangers; de troost en hulp der armen, der
verdrukten en zwervelingen. In deze noordsche wildernissen wordt zijn
naam door allen aangeroepen, vindt men zijn beeld in elke hut; maar
nergens misschien wordt hij ijveriger en vuriger vereerd dan langs de
kusten der Witte-zee. Met welk eene vrome blijdschap en innige
zelfvoldoening leest de arme visscher dezer stranden in zijn Levens der
Heiligen (voor hem Bijbel, heldendicht, geschied- en wetboek tevens),
dat Nikolaas de machtigste is van alle heiligen, die in den hemel wonen;
dat hij aan de rechterhand Gods is gezeten, en het bevel voert over een
leger van driehonderd engelen, die, met het zwaard in de vuist, gereed
staan op zijn wenken te vliegen!
Een moujik (boer) vroeg eens aan een mijner vrienden, wie God zou
worden, wanneer God kwam te sterven.
"Mijn goede vriend", antwoordde de Engelschman met een glimlach,
"God zal nooit sterven."
De boer stond een oogenblik versuft, en herhaalde hoofdschuddend:
"Hij zal nooit sterven!"--Toen, zich eensklaps herstellende, als ware
hem plotseling een licht opgegaan, hernam hij ernstig: "Ja, nu zie ik het:
gij zijt een ongeloovige, iemand zonder godsdienst. Ik weet het beter
dan gij.
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 68
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.