Heldensagen en Legenden van de Serviërs | Page 6

Woislav M. Petrovitch
het volk spreken. Uit dit karakteristieke, dat aan mondelinge
overbrenging eigen is, valt het bestaan van verschillende teksten van
eenige der meest populaire zangen te verklaren.
Door vele eeuwen en meer speciaal gedurende de gruwzame
overheersching van de Turken konden de voortbrengselen der
Servische nationale litteratuur enkel voortleven door mondelinge
overdracht. De onvermoeide monniken toch, die veilig waren binnen de
geheiligde muren van hun klooster, gebruikten hun vrijen tijd niet met
het opteekenen der balladen en heldendichten van het volk, doch met
het aanleggen van biografieën van andere monniken of van dezen of
genen vorstelijken beschermheer.
Die Serviërs, welke het onder het verlammende bestuur van den Sultan
niet konden harden, emigreerden in de zeventiende eeuw met hun
patriarch Arsen Tcharnoyevitch, naar de vlakten van Zuidelijk
Hongarije. In den loop der twee volgende eeuwen wijdden zij zich daar
aan de pseudoklassieken van het Westen. Zij beschouwden het infra
dignitatem over zulke vulgaire onderwerpen als populaire dichtkunst en
overleveringen te schrijven. De begaafde afstammelingen van die
beklagenswaardige slachtoffers der sluwe Oostenrijksche en
Pan-Russische invloeden verspilden hun talenten in ijdele en leege
nabootsing der pseudo-klassieke voortbrengselen van Italië en

Frankrijk, en door volijverig de Servische en Oud-Slavische
werkwoorden op de Russische wijze te vervoegen, schiepen zij een
monsterachtig letterkundig jargon, dat zij noemden Slavyano-Serbski
(d.i. Slavisch-Servisch). En als eenig Servisch schrijver zich zou
vermeten hebben in het welluidende en onvervalschte Servisch te
schrijven, dat algemeen in zijn vaderland gesproken werd, zou hem de
vloek getroffen hebben van die op een dwaalspoor gebrachte
Slavisch-Servische "bestudeerders der Klassieken", die er innig van
overtuigd waren, dat de roem in de nationale litteratuur alleen te
behalen was door te schrijven in een taal, die ze zelf nauwelijks
begrepen, en die tengevolge van de volkomen inconsequentie en
willekeurige veranderingen ook onverstaanbaar was.
De "bestudeerders der klassieken" kregen hun verdiende loon in de
eerste helft van de negentiende eeuw, toen zij overstroomd werden door
den niet te weerhouden vloed van de populaire beweging, aan welker
spits de boer Vouk Stephanovitch-Karadgitch stond, een man, die zich
zelf gevormd had en wiens naam voor altijd groot zal blijven in de
geschiedenis van de Servische letterkunde. Karadgitch is met recht de
vader van de Servische moderne litteratuur genoemd. Zijn ontelbare
tegenstanders trachtten hem te verpletteren onder de meest
beleedigende benamingen, waaraan hun pen en hun tong uitdrukking
konden geven, maar eindigden, na meer dan vijftig jaren van
vruchteloozen weerstand, met hun armen wijd voor hem te openen.
Karadgitch schiep een spraakkunst van de Servische volkstaal, waaruit
hij alle onnoodige graphische teekens verbande; zijn alphabet van
dertig letters paste zich volkomen aan bij de dertig klanken (vijf
klinkers en vijf en twintig mede-klinkers) van zijn moedertaal--en
dientengevolge ontstond een ideale phonetische orthografie, waarin de
gulden regel gevolgd kon worden: schrijf zooals gij spreekt en spreek
zooals gij schrijft. [7] Hij is van het eene dorp naar het andere door
Servië gereisd, volijverig de epische en lyrische gedichten verzamelend
en neerschrijvend de legenden en overleveringen, die hij van de lippen
der barden opving en van verhalers, niet alleen van beroepszangers,
maar ook van amateurs.

In zijn pogingen werd hij krachtig gesteund door de Servische
regeerende vorsten en hij had het geluk zich de intieme vriendschap te
verwerven der beroemde philologen en geleerden van de laatste eeuw:
Bartholemy Kopitar, Schaffarik en Grimm. Geholpen door Kopitar
slaagde Karadgitch er in een academische dictionnaire samen te stellen
van de Servische taal vertolkt door Latijnsche en Duitsche equivalenten.
Dit blijft tot op heden de eenig betrouwbare Servische dictionnaire, die
den Westerschen standaard van zulke boeken nadert. Zijn eerste
verzameling van Servische populaire gedichten werd in 1814 in
Weenen uitgegeven. Ze bevatte 200 lyrische zangen, die hij noemde
zenske pyesme (d.i. vrouwenzangen) en 23 heldenballaden. Dit boek
verwekte opzien in de letterkundige kringen van Oostenrijk, Servië,
Duitschland, Rusland en andere landen. Zeven jaar later deed
Karadgitch in Leipzig een tweede uitgave in drie deelen het licht zien.
Deze uitgave bevatte 406 lyrische zangen en 117 heldendichten. Aan
deze uitgave ontleende Sir John Bowring de stof voor zijn metrische
vertaling van enkele der lyrische en epische gedichten, die hij in 1827
uitgaf onder den titel Servische Populaire Poëzie. Hij droeg het boek
op aan Karadgitch, die zijn intieme vriend was en leeraar in het
Servisch. [8]
Ik heb drie van Bowrings balladen in dit boek overgenomen, om den
lezers ook een getrouwere weergave van het oorspronkelijke vers te
bieden dan mogelijk is in proza. Wat de dichterlijke verdiensten betreft
van deze metrische vertalingen, ik wil mij niet aanmatigen er een
oordeel over te vellen, maar het moge mij vergund zijn te zeggen, dat ik
geen getrouwer vertaling heb gezien van onze nationale balladen en
lyrische zangen, noch in het Engelsch, noch in eenige andere taal. De
moeilijkheden in aanmerking genomen, die de bestudeering van elke
Slavische taal (en dit geldt vooral van
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 151
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.