verschillend in dat opzicht van de
hongerlijders, die door het gouvernement werden gezonden, en die niet
alleen niets weigerden, maar vroegen en eischten wat hun niet toekwam.
Ik heb dikwijls de Bijbelverhalen bewonderd, ik heb in mijn jeugd
genoten van de Ilias en de Odyssee; en de beschrijvingen der
boodschappers daar in, hoe levendig en getrouw ook, zijn slechts eene
flauwe afschaduwing van de werkelijkheid, zooals die thans nog
bestaat in Egypte.
Doch het zou niet veel baten, tal van dienaren te bezitten, vele
ambachtslieden en arbeiders werk te verschaffen, indien het kasteel niet
beschermd werd door waakzame wachters. Bij de oude feudale families
van Egypte, onder de 11e of 12e dynastie, dus drieduizend jaren vóór
onze jaartelling, weten wij, dat de hoofden van den stam geheele legers
onderhielden, die zij wapenoefeningen lieten houden, aan
schijngevechten en belegeringen lieten deelnemen en met wier hulp zij
werkelijk oorlog voerden en alle wreedheden pleegden, die daarmede
gepaard gaan.
Ik zou nooit hebben kunnen gelooven, dat dit gebruik van legers, die in
dienst staan van particuliere personen, nog in Egypte in zwang was, als
ik mij daarvan niet met eigen oogen had overtuigd. Niet alleen heeft
men in Sjeikh-Marzoek de gewone wachters, of ghafirs, die des nachts
voor de orde en veiligheid moeten zorgen, zooals dit in alle dorpen van
Egypte geschiedt; maar hier was bovendien nog "de zwarte garde".
Deze bestaat uit forschgebouwde negers, die door de familie Botros
worden bezoldigd, en aan wie de taak is opgedragen, het kasteel te
bewaken. Allen zijn met geweren gewapend en hun aantal is groot
genoeg, om aan onverwachte nachtelijke aanvallen te kunnen
weerstand bieden. Men zou gebrek aan menschenkennis verraden, als
men niet begreep, dat de rijkdom, voorspoed en weldadigheid eener
familie haar veel afgunst, haat en vijandschap moeten berokkenen;
bijna kan men met zekerheid zeggen, dat zulk een familie, naarmate zij
meerdere bewijzen heeft gegeven van haar liefdadige gezindheid, des te
meer geheime vijanden zal hebben, die slechts een gunstige
gelegenheid afwachten, om haar in stilte te benadeelen, of de bevolking,
achter welke zij zich verschuilen, tegen haar op te zetten.
Het Egyptische volk is niet slecht; het is gewillig materiaal, dat men
kneden kan, bereid tot goede en slechte handelingen beide; en het zijn
lieden uit den beteren stand, die op bevel van hooger geplaatsten
complotten smeden en oproer stoken. Daar men op alles moet zijn
voorbereid, is het geraden, bijtijds de noodige maatregelen te nemen.
Daartoe dient de zwarte garde van Sjeikh-Marzoek; zij kan zich staande
houden gedurende een nacht, een dag zelfs van behendig opgezweepte
volkswoede, en hun tegenstand zal voldoende zijn om de aandacht te
trekken en hulp te doen zenden.
Maar de leden der familie Botros hebben nog betere
voorzorgsmaatregelen genomen, door het voorbeeld hunner ouders te
volgen en zich te laten benoemen tot agenten van de consuls van
Oostenrijk, Rusland, Italië en Frankrijk. Zij zijn de eenige onder deze
beambten, gemachtigd om aan de oevers van den Nijl de genoemde
europeesche mogendheden te vertegenwoordigen, die geen handel
drijven in oudheden, terwijl alle rijke Egyptenaren dit baantje najagen,
vooral in streken, waar oudheidkundige ontdekkingen worden gedaan,
om krachtens hun ambt de wet te kunnen ontduiken, die den verkoop
van oudheden in Egypte verbiedt, en hun voordeel te trekken uit de
diplomatische onschendbaarheid, die zij zich hebben weten te
verwerven. De familie Botros, die rijk genoeg is om die praktijken te
versmaden, heeft zich echter op deze wijze de bescherming van haar
personen en eigendom verzekerd. Indien zij werden aangevallen,
zouden zij uithoofde van hun ambt aanspraak hebben op den steun van
de vier genoemde mogendheden, en de gouverneur der provincie zou
zich wel mogen bedenken, eer hij een opstand tegen hen trachtte te
verwekken, waarop nog minder kans is, sedert de Engelschen het
Nijldal hebben bezet.
II. De tuin van de familie Botros.--De koptische Kerk en hare
versiering.--De mohammedaansche moskee.--Eenige bijzonderheden
uit het leven van Abd el Sjahid Botros.--De groote heer.--Wijze van
rechtspleging.--Zijn dood.
Een egyptisch buitenverblijf is in onze dagen niet denkbaar zonder tuin;
ten allen tijde trouwens, voor zoover wij dit kunnen nagaan met behulp
van plannen of beschrijvingen van egyptische landhuizen, was de villa
door een dikwijls zeer grooten tuin omgeven. De tuin, die het kasteel
van Sjeikh-Marzoek omringt, is ook zeer uitgestrekt en geheel door
muren ingesloten. Hij wordt besproeid door middel van sakiehs, die
binnenshuis geplaatst zijn, en wier knarsende wielen, in beweging
gebracht door een os, koe, of kameel, den bodem bevochtigen met het
water, dat uit de diepten der aarde wordt opgepompt.
Men moet zich van een tuin in Egypte geen voorstelling trachten te
vormen door te denken aan onze europeesche tuinen, boomgaarden,
moestuinen of parken; want in dat geval zou men zich deerlijk
vergissen. Een egyptische tuin is een bijna ondoordringbare wildernis
van boomen, struikgewas en planten, waar allerlei gewone soorten
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.