Een feudale familie in Egypte | Page 9

E. Amelineau

vruchtboomen groeien, naast andere, die als zeldzaam beschouwd
worden, en waarin de wingerd een voorname plaats bekleedt. Er wordt
niet de minste moeite gedaan, om door fraaie lanen of verrassende
uitzichten het oog van den aanschouwer te bekoren, of door bevallige
lijnen en zwierigen aanleg eenige opzettelijk berekende werking te
weeg te brengen. Het eenige wat wijst op een te voren beraamd plan,
zijn de besproeiingskanalen, die zóó zijn verdeeld, dat geen enkel
gedeelte van den tuin verstoken blijft van het water, dat hem vruchtbaar
zal moeten maken.
Op zon kan men altijd rekenen. De wijndruiven moeten natuurlijk
worden gestut, en deze steunsels heeft men aangebracht, door op

geregelde afstanden lage steenen muurtjes te bouwen, die onderling
verbonden zijn door een vlechtwerk van groote palmtakken, waarover
de wingerdranken zich kunnen uitspreiden, om zooveel mogelijk vrucht
te dragen.
Het ideaal der Egyptenaren was steeds, zoowel in lang vervlogen tijden,
als ook thans nog, dichte boschjes en boomgroepen te vormen,
waaronder men genieten kan van koele schaduw, als de zon al te fel
schijnt, en tevens den aanschouwer een hoog denkbeeld te doen
opvatten van den rijkdom der bezitters, door het aantal en de groote
verscheidenheid der boomsoorten.
Een aardsch paradijs is de tuin van Sjeikh-Marzoek nu wel niet; maar
hij wekt nog steeds de bewonderende verbazing van eenvoudige zielen,
die de familie Botros als de rijkste lieden op den ganschen aardbodem
beschouwen. Gelukkige schepsels!...
De kerk van Sjeikh-Marzoek is in den omtrek beroemd om haar
schoonheid. Zij ligt, als alle koptische kerken, op een groot, langwerpig
vierkant plein, waarvan zij, met de gebouwen bestemd voor de
geestelijkheid, een der zijden beslaat, evenals dit het geval was bij de
oude egyptische tempels met de woningen der priesters en de groote
magazijnen, die daartoe behoorden.
Men treedt dien voorhof binnen door een kolossale deur, even hoog als
de muur zelf, en geheel beslagen met metalen banden, die met zware
spijkers op het hout zijn bevestigd. Zij geeft toegang tot het groote
plein, waarop zich ter weerszijden de woningen bevinden van den
priester en zijn dienaren. Aan de westzijde staat een monument, dat
men met een trap beklimt, en waarin de grafkelder is der familie. Ik
wilde het bestijgen, om een stillen groet te brengen aan den man, die
thans niet meer tot de levenden behoorde, en altijd zoo goed en
welwillend voor mij was geweest. Indien mijn afscheidsgroet hem
bereikt heeft in het paradijs, waar hij, volgens het koptische geloof, het
huis bewoont, dat voor hem en zijn familie is bestemd, te midden van
groene, met vruchten beladen boomen, dan heeft hij kunnen bespeuren,
dat ik hem ook na zijn dood niet vergat. In dien grafkelder rusten de
stoffelijke overblijfselen van den stichter der familie en de vier

kinderen die hem in den dood zijn gevolgd. Hun grafschriften
vermelden, op europeesche wijze, enkel het jaar van hun geboorte en
hun sterven, en zijn met gulden letters in marmeren gedenksteenen
gegrift.
De kerk heeft den vorm van een rechthoek, waarvan de zoldering
herinnert aan de gewelfde zolderbedekking van den tempel van Seti I te
Abydos, en evenals bij dien tempel wordt het heiligdom zelf
voorafgegaan door twee zuilenzalen. De zuilen der eerste zaal zijn van
steen, die in de tweede van hout. Tusschen die beide zalen is een soort
van houten afsluiting, met deuren er in, juist zooals de zuilenzalen van
Abydos door een muur zijn gescheiden, waarin zich evenveel deuren
bevinden als er gewelven zijn in het heiligdom.
Die houten afsluiting is op de gewone wijze bewerkt; het hout is
uitgesneden in grillige figuren, voluten, meanders en slingerende
arabesken; 't geen uit de verte gezien een bevalligen indruk maakt;
maar van naderbij beschouwd, is niets afgewerkt.
In de tweede zaal hebben slechts de aanzienlijkste der mannelijke
bezoekers toegang; de vrouwen blijven op de bovenste galerijen; de
eerste zaal is bestemd voor het volk. Daar is de grond onbedekt, in de
tweede zaal is de vloer met matten belegd. Hier bevindt zich ook de
lessenaar, waarop een Bijbel ligt, en lampen hangen aan de zoldering,
om den prediker en zijn gehoor licht te geven; want bijna alle koptische
godsdienstoefeningen hebben des nachts plaats.
Een andere houten afsluiting scheidt de tweede zuilenzaal van het
heiligdom, hoog genoeg om al wat er in de kapellen voorvalt aan het
oog te onttrekken. Deze wand is van ebbenhout; met ivoor ingelegd, en
voor Egypte is deze versiering werkelijk uitstekend uitgevoerd. Van
dichtbij gezien zelfs, maakt dit inlegwerk nog een prachtig effect, en
eerst bij zeer nauwkeurige beschouwing merkt men het gemis aan
regelmaat en evenredige verhoudingen op in deze versiering.
In geen enkel tijdperk hunner geschiedenis hebben de Egyptenaren zich
bekommerd om strikte regelmatigheid in hunne ornamenten, zooals wij
Westerlingen gewoon zijn te betrachten; zij hebben slechts een

algemeenen indruk willen teweegbrengen en zijn daarin dan ook
uitstekend geslaagd.
Er zijn
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 19
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.