ganzen en eenden te
doen. De kippen zijn treurig mager en taai; ze worden niet bij elkaar
gehouden in een hok; maar zoeken hun voedsel op straat, en men houdt
ze enkel terwille van de eieren, die in Sivas veel worden uitgevoerd en
overal in zulke groote hoeveelheden worden gegeten, dat een
welgestelde familie van vijf personen er wel vier- of vijfduizend in een
jaar noodig heeft.
Boter wordt alleen in de keuken gebruikt, tenzij men de voorkeur geeft
aan het vet, dat de verbazend dikke staarten der schapen opleveren.
Maar tusschen onze boter en deze is een groot verschil. De beste
kwaliteit--echter niet naar onzen smaak--wordt gemaakt van de
overblijfsels der melk, die voor yogourt gebruikt is, en de fijnste
yogourt wordt uit schapenmelk bereid. Er wordt maar één soort van
kaas gemaakt, die er zeer eigenaardig uitziet, en gelijkt op bundels vlas.
Kaas, boter en melk, alles is even onzindelijk.
De schapenteelt vormt den voornaamsten tak van bedrijf. Kurdistan is
een der streken in de wereld, waar de meeste schapen worden
aangetroffen; het meerendeel der Kurden zijn herders, die in het zachte
jaargetijde een nomadenleven leiden. Als de sneeuw begint te smelten,
trekken zij met hun kudden naar die plaatsen in het gebergte, die het
eerst aan de zonnewarmte zijn blootgesteld, en door de
vijandelijkheden tusschen hen en de armenische herders is de
gespannen verhouding ontstaan, die zulke treurige gevolgen na zich
sleepte.
Het vilayet Erzeroem, dat half kurdisch is, bezit ongeveer 1950000
schapen, 650000 geiten, 265000 ossen en koeien. Deze stad is het
middenpunt van den uitvoerhandel; het vee wordt van daar naar
Konstantinopel, Smyrna of Mossoel gedreven, of wel verkocht aan
opkoopers uit Syrië en de eilanden. Khenous, Mouch, Bitlis, Sert en
Keghi zijn ook belangrijke markplaatsen. De hoogste prijs van het
vleesch is drie piasters (0.60 frs.) de oka (1285 gr.).
Behalve met de vervaardiging van geweven stoffen, die echter
gedeeltelijk reeds door europeesche worden vervangen, houden de
bewoners zich weinig bezig met industrie. Toch toonen zij in dat
opzicht eenige begaafdheid, en terwijl zij op het land even traag en
achterlijk zijn als de Turken, hebben zij in de steden bijvoorbeeld onze
wijze van schoenen en kleederen te maken overgenomen en doen dit
uitstekend.
De wevers van zijden, linnen en wollen stoffen zijn ook allen
Armeniërs. De Turken weven slechts een soort van grof, sterk laken,
chaïac, dat door het volk en de soldaten wordt gedragen, en te
Erzindjan is men thans begonnen, daarvoor machines te gebruiken. Ook
de Armeniërs doen nu moeite, om deze aan te schaffen, natuurlijk
zonder stoom, want zoowel stoom als electriciteit wordt geweerd door
een regeering, die voor alles bevreesd is. Hoewel zij zich dus van
eenvoudige hulpmiddelen moeten bedienen, kunnen toch hun zijden en
wollen weefsels met de europeesche wedijveren. Hun zijden sluiers
voor vrouwen, de tcharsafs, die in het Zuiden en Westen worden
vervaardigd, zijn fijn, fraai van kleur en minder duur dan de
italiaansche. Andere sluiers van doorschijnende witte wol, die de
meeste vrouwen het geheele jaar door dragen, zijn niet zoo kostbaar. Te
Sivas dragen de vrouwen wit katoenen sluiers, die als een lijkkleed de
geheele gestalte omhullen, maar dit katoen komt meest uit Duitschland
of Amerika. De manoussa is een dunne roode stof, met witte en zwarte
strepen, die voor allerlei doeleinden wordt gebruikt, en van de
pechtemal worden badcostumes gemaakt. Deze stof vindt daardoor veel
aftrek, want het grootste genoegen van den Oosterling is, een geheelen
dag in den hammam door te brengen.
De vrouwen vragen daar haar vriendinnen bij zich; er wordt gebabbeld
en thee gedronken, en dikwijls dagen achtereen feestgevierd.
De Armeniërs zijn ook goede wagenmakers en metaalbewerkers; te
Erzindjan wordt sierlijk koperen vaatwerk vervaardigd; verder
bekwame schrijnwerkers, zooals te Sivas; rookverdrijvers en smeden,
bijv. te Erzeroem, waar vroeger ook de goudsmeedkunst bloeide, die
echter thans alleen te Van wordt uitgeoefend, waar zeer fraaie bloemen
in zilver worden geciseleerd. Ook worden sigarenpijpjes gesneden in
git, marmer en amber.
In geen enkele plaats echter houden de Armeniërs zich bezig met
tapijtweverij, een tak van nijverheid, die toch in het Oosten zoo
veelvuldig en met zooveel vaardigheid wordt beoefend. Eigenaardig is
het, dat alleen de minder beschaafde bewoners, de Kurden, hierin
bedreven zijn. Hun kilims zijn geweven stoffen, geen vlechtwerk,
waardoor kort geschoren draden zijn geweven, zooals bij de perzische
tapijten. Als zij deze trachten na te bootsen, kunnen zij ze niet zoo glad
en effen afwerken, maar zij slagen er dan toch in, zachte en warme
vachten te vervaardigen, aangenaam voor het oog, en voor het gevoel.
Al wat zij ontwerpen is zeer eenvoudig van lijn en teekening, en ook de
kleuren zijn bij voorkeur donker en stil, terwijl zij niet verschieten.
Wat den groveren handenarbeid betreft, hierin moeten de Armeniërs bij
de Turken achterstaan. Zooals in Rusland de Tartaren hun vooruit zijn
in
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.