A free download from http://www.dertz.in
Schetsen uit den Kaukasus
The Project Gutenberg EBook of Schetsen uit den Kaukasus, by Carla
Serena This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and
with almost no restrictions whatsoever. You may copy it, give it away
or re-use it under the terms of the Project Gutenberg License included
with this eBook or online at www.gutenberg.net
Title: Schetsen uit den Kaukasus De Aarde en Haar Volken 1887
Author: Carla Serena
Release Date: December 17, 2005 [EBook #17339]
Language: Dutch
Character set encoding: ISO-8859-1
*** START OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK SCHETSEN
UIT DEN KAUKASUS ***
Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed
Proofreading Team at http://www.pgdp.net/
SCHETSEN UIT DEN KAUKASUS. [1]
Uit de reisportefeuille van Mevrouw Carla Serena.
I
Van mijn uitstapje naar de kust te Tiflis teruggekeerd, was ik daar
nauwelijks aangekomen, toen ik de uitnoodiging ontving van den
bestuurder van het district Oezoergheti, een Armeniër met wien ik
vroeger kennis gemaakt had, om in gezelschap van zijne echtgenoote,
een tochtje naar Goerië te maken. Ik nam dus nogmaals plaats in den
spoortrein van Poti, om aan het station Samtredi uit te stappen.
Ongelukkig was de tarantasse van mijn gastheer bij den wagenmaker
om gerepareerd te worden; met vele verontschuldigingen, kon hij mij
niets anders aanbieden dat een zeer ter kwader name staand rijtuig,
eene _pérékladnaja._ Wie in het binnenland reizen wil, moet wel van
dit rijtuig gebruik maken. Het woord rijtuig moet evenwel in beperkten
zin worden opgevat. De perekladnaja is niets anders dan een bak op
vier wielen, met een dwarsplank van voren, waarop de koetsier plaats
neemt. Als de reiziger zitten wil, dan kan hij dit op zijn bagage doen,
die behoorlijk vastgesjord en met een mantel, boerka genoemd,
overdekt wordt. Dit voertuig, waarin men, door het onophoudelijke
horten en schokken, letterlijk heen en weer geslingerd wordt, en niet
dan met kunst- en vliegwerk zijn evenwicht kan bewaren, is bespannen
met drie paarden, waarvan het middelste een bel om den hals draagt.
Niettemin kan niet ieder zich zoo maar het genoegen gunnen van een rit
in eene perekladnaja: daartoe is eene officieele vergunning noodig, in
den vorm van eene podorojna of reispas, die u het recht geeft aan de
posthuizen van paarden te wisselen en die voor drie maanden geldig is.
Zulk een pas kost ongeveer een roebel. Voor de perekladnaja zelve
betaalt ge drie kopeken per werst voor elk paard. Wanneer men met
eene zoogenaamde gouvernementspas reist, bedragen de kosten minder:
men betaalt dan geen tolgeld en ook geene vergoeding voor het
insmeeren der wielen. Aan elk posthuis wordt de bagage afgeladen, en
krijgt men niet alleen versche paarden, maar ook een ander rijtuig: ook
hier echter is niet elke verandering eene verbetering.
Ik heb reeds vroeger meermalen van de posthuizen en hunne inrichting
gesproken: het is dus niet noodig, nu nog eene beschrijving te geven
van het poststation van Samtredi, dat niet beter of slechter was dan de
anderen, en waar wij den nacht doorbrachten. Dit station is het tweede
aan de lijn van Poti naar Tiflis, na dat van Novo-Senaki. Het vlek zelf
behoort tot Mingrelië. Op eenige wersten afstands ligt Orpiri, dat men
langs een goeden straatweg bereikt. Den volgenden morgen vroeg
vertrokken wij van Samtredi naar Orpiri, waar ik niet verzuimde een
bezoek te brengen aan de voornaamste hoofden van de sekte der
Skoptzis, die daar gevestigd zijn. Orpiri aan de Rion gelegen, is, zoo als
men weet, een der plaatsen geweest, waarheen deze sektarissen werden
verbannen. De achtergeblevenen maken een allertreurigsten indruk;
hunne doffe oogen, hun zwakke stem, hun trage slepende gang vormen
een zonderling contrast met het voorkomen van de krachtige schoone
Mingreliërs, in wier midden zij leven en onder wie zij nooit proselieten
hebben kunnen maken. Deze Skoptzis, voor het meerendeel grijsaards
en oude vrouwen, eten geen vleesch, maar voeden zich met visch. Voor
den aanleg van den spoorweg, toen men om het binnenland van
Mingrelië te bezoeken, gebruik moest maken van de booten die op de
Rion voeren, hadden zij het monopolie van dat vervoer; maar sedert de
spoorweg de vaart op de rivier heeft vernietigd, hebben de schippers en
ondernemers van stoombootdiensten Orpiri verlaten, om zich elders te
vestigen.
Het dorp, waar wij bij een aldaar gevestigden Skoptzi een vischmaal
gebruikten, ziet er welvarend en bekoorlijk uit; men kan zich moeilijk
voorstellen, dat dit in een krans van weelderig groen gelegen vlek zoo
ongezond is. En toch is dit werkelijk het geval. De Rion vormt hier de
grens tusschen Mingrelië en Goerië; men steekt de rivier over met een
soort van gierpont, die zoowel de passagiers als het rijtuig en de
paarden opneemt. Die pont, van zeer primitieve constructie, bestaat uit
uitgeholde boomstammen, waarover een vierkante plankenvloer
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.