Nantas | Page 7

Emile Zola
hoog, zeer hoog te kunnen stijgen ... O, als gij wist, wat er in mij leeft, als gij mijn droom kendet, dien de werkelijkheid steeds weder verjaagd heeft, dan zoudt gij mij begrijpen en misschien met fierheid uw arm leggen in den mijnen, u gelukkig achtende mij de middelen te kunnen verschaffen, die mij in staat stellen iemand van beteekenis te worden."
Zij hoorde hem aan, zonder dat een trek in haar bewoog. Weer stelde hij zich de vraag, die al drie dagen in zijn hoofd had rondgespookt, zonder dat hij het antwoord had kunnen vinden: Had zij hem opgemerkt, als hij aan 't venster zat en had zij daarom zoo spoedig in juffrouw Chuin's voorstel toegestemd, toen deze hem had genoemd? Misschien, meende hij, was zij hem gaan beminnen met een hartstochtelijke romantische liefde, als hij met verontwaardiging den koop had afgewezen, dien juffrouw Chuin hem kwam voorstellen. Daarna, alsof zij van al zijn vertrouwelijke mededeelingen geen woord verstaan had, herhaalde zij droogjes:
"Mijn man dus, alleen in naam; onze levenswijzen geheel van elkander afgescheiden; de volstrekte vrijheid."
Nantas hernam na een oogenblik met onbewogen gelaat, en op den toon van iemand, die spreekt over een alledaagsche overeenkomst:
"Dat is overeengekomen, juffrouw."
Hij trok zich terug, ontevreden over zichzelf. Hoe had hij zoo dom kunnen wezen, zich te verbeelden die vrouw te kunnen veroveren! Zij was buitengewoon schoon.

III.
Tien jaren waren er verloopen. Wij zien op een morgen Nantas weder in het kabinet van baron Danvilliers, hetzelfde, waarin hij vroeger zoo onvriendelijk was ontvangen. Op 't oogenblik was dit kabinet het zijne; nadat hij zich met zijn schoonzoon en zijn dochter had verzoend, had de baron hun het gansche huis overgelaten, voor zichzelf slechts een klein paviljoen behoudende aan het andere einde van den tuin, uitziende in de rue de Beauxe.
In tien jaren tijds had Nantas een der hoogste financi?ele en industri?ele plaatsen weten in te nemen. Betrokken in alle mogelijke spoorwegondernemingen en in vele financi?ele operatie's, welke het keizerrijk kenmerkten, had hij zich spoedig een onmetelijk fortuin verworven. Zijn eerzucht bepaalde zich daarbij echter niet, hij wenschte een rol te spelen in de politiek en hij was er in geslaagd afgevaardigde te worden voor een departement, waarin hij vele bezittingen had. Sinds hij in dit wetgevend lichaam was getreden, scheen hij de aangewezen persoon om in de toekomst minister van financi?n te worden.
Door zijn buitengewone kennis van geldzaken en zijn groote welbespraaktheid, wist hij zich meer en meer te doen gelden. Overigens was hij een hartstochtelijk voorstander van het keizerschap en had hij den keizer volkomen voor zich weten te winnen.
Dezen morgen was Nantas overstelpt met bezigheden. In de bureaux, waarin hij de eerste ��tage van zijn kolossaal huis had herschapen, heerschte buitengewone bedrijvigheid en drukte. Een leger van bedienden bewoog zich achter de loketten, af en aan loopende, met de deuren slaande; een geluid van goud, uit de zakken op de tafels leeggeschud, vulde als de muziek der fortuin de ruimte.
In de antichambre bewoog zich een stoet sollicitanten, politieke en gewoon burgerlijke, heel Parijs aan de voeten van den machthebber. De invloedrijkste personen wachtten daar geduldig een uur lang. En hij op zijn bureau zittende, zag eindelijk zijn droom van macht vervuld, voelde zich eindelijk de verstandskracht der reusachtige machine, die koninkrijken en keizerrijken in beweging bracht.
Nantas schelde. Hij scheen bezorgd.
"Germain," vroeg hij, "weet je ook of mevrouw al thuis is?"
Toen de man antwoordde dat hij 't niet wist, beval hij hem naar de kamer van zijn vrouw te gaan. Germain vertrok echter niet.
"Pardon, mijnheer," fluisterde hij, "al geruimen tijd wacht de president van den ministerraad om binnen te komen."
Hij wendde zich wrevelig tot den bediende en zei:
"Nu laat hem binnen en doe wat ik zeg."
Den vorigen dag had Nantas' redevoering op de begrootingsquaestie zoodanigen invloed uitgeoefend, dat de betreffende statuten naar de speciale commissie waren teruggezonden om te worden gewijzigd in den zin als door Nantas was voorgesteld. Na afloop der zitting was er gefluisterd dat de minister van financi?n zijn ontslag zou indienen en in de onderscheidene groepen wees men reeds den jongen afgevaardigde als zijn opvolger aan. Hijzelf haalde echter de schouders op; er was immers niets wat daar aanleiding toe gaf; met den Keizer had hij slechts een onderhoud gehad over zeer ondergeschikte aangelegenheden. De komst van den president van den ministerraad kon echter buitengewone beteekenis hebben. Een oogenblik duizelde hij bij de gedachte aan hetgeen geschieden kon, hij stond op om den president de hand te schudden.
"Mijnheer de hertog," zeide hij, "ik vraag u wel pardon. Ik wist niet dat u wachtte.... Geloof me dat ik getroffen ben door de eer welke u mij aandoet."
Een oogenblik praatten zij op familiaren toon over allerlei onbeteekenende feiten. Daarop deelde president hem mede, dat hij door den Keizer gezonden was om eens te informeeren of hij de portefeuille van financi?n zou
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 91
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.