Individualisme en socialisme | Page 9

Oscar Wilde
moet door machines verricht worden.
Machines moeten voor ons werken in de kolenmijnen, en den geheelen sanitairen dienst verrichten, en stokers zijn op stoombooten, en de straten reinigen, en boodschappen doen op regendagen en alle werk bedrijven, dat vervelend en naargeestig is. Op het oogenblik concurreeren de machines met den mensch. Onder behoorlijke omstandigheden zullen zij den mensch dienen. Het valt niet te betwijfelen of dit is haar toekomst, en volkomen als de boomen groeien terwijl de landeigenaar slaapt, zoo zullen de machines alle noodzakelijke en onaangename werk doen, terwijl de menschheid zich vermaakt of door cultuur verfijnde ontspanning geniet (wat meer dan eenige arbeid het doel behoort te zijn van den mensch), of bezig is schoone zaken te vervaardigen of schoone dingen te lezen of eenvoudig de wereld met bewondering en genot te aanschouwen. Het feit is dat beschaving slaven noodig maakt. De Grieken hadden op dit punt een juist inzicht. Als er geen slaven voorhanden zijn om het terugstootende, afschuwwekkende, oninteressante werk te doen, wordt cultuur en levensbespiegeling zoo goed als onmogelijk. Slavernij van menschen is verkeerd, gevaarlijk en veronzedelijkend. Van de mechanische slavernij, de slavernij der machines, hangt de toekomst der wereld af. En wanneer wetenschappelijke mannen niet langer opgeroepen worden om in een naargeestig East End slechte cacao te gaan uitdeelen en nog slechtere dekens aan uitgehongerde menschen, zullen zij een genotvollen vrijen tijd winnen om wonderdadige en verbazingwekkende dingen uit te denken tot hun eigen verheuging en die van al de anderen. Er zullen groote stapelplaatsen van kracht zijn in elke stad, voor elk uur waarop men kracht noodig heeft, en deze kracht zal de mensch omzetten in warmte, licht of beweging, overeenkomstig zijn behoeften. Luidt dit utopisch? Een wereldkaart die Utopia niet in zich sluit, is het bekijken niet waard, want zij laat het eenige land weg, waar de menschheid telkens we��r landt. En na de landing kijkt men weder uit, en ziet weer een beter land en gaat daarheen onder zeil. De vooruitgang is de bemachtiging van het ��ene Utopia na het andere. Zooals ik dan gezegd heb, zal de gemeenschap door middel van een georganiseerden machinedienst gebruiksartikelen leveren, en zullen de schoone dingen gemaakt worden door het individu. Dit is behalve de noodzakelijke, tevens ook de eenig mogelijke weg om aan beide of van ��en van beide te geraken. Een individu dat dingen te maken krijgt voor het gebruik van anderen en op dezer behoeften en wenschen te letten heeft, kan zijn werk niet vervullen met die belangstelling waardoor hij het beste dat hij in zich heeft in zijn werk leggen kan. Zoo vaak, aan den anderen kant, een gemeenschap of een machtig deel daarvan of een of andere regeering aan den kunstenaar tracht voor te schrijven wat hij te doen heeft, dan gaat de kunst of geheel teloor, of verstart in vormen, of ontaardt tot een lagen en onedelen vorm van handwerk. Een kunstwerk is een op zich-zelf eenige uitkomst van een op zichzelf eenigen gemoedsaanleg. Zijn schoonheid komt voort uit het feit, dat zijn maker is wat hij is. Het heeft niets te maken met het feit dat andere menschen behoeven wat zij behoeven. Van het oogenblik af dat een kunstenaar gaat letten op wat andere menschen behoeven, en de navraag tracht tegemoet te komen, houdt hij feitelijk op kunstenaar te zijn, en wordt een vervelend of vermakelijk handwerksman, een eerlijk of een oneerlijk koopman. Hij verliest zijn recht als kunstenaar te worden aangemerkt. De kunst is de meest felle uitingswijze van het individualisme die de wereld tot nu beleefd heeft, bijna zo? ik zeggen: de eenige wezenlijke uitingswijze. De misdaad, die onder bepaalde omstandigheden een schijn van individualistisch scheppingsvermogen vertoont, moet kennis nemen van anderen en zich met hen bemoeien. Zij behoort tot de sfeer der handeling. Maar alleen, buiten verband met zijn buren, zonder zich met iemand in te laten, kan de kunstenaar schoonheid beelden; als hij het niet uitsluitend voor zijn eigen genot doet, is hij volstrekt geen kunstenaar.
Het verdient de aandacht dat de kunst juist zulk een felle vorm van individualisme is, dat het publiek niet na kan laten te beproeven een gezag over haar uit te oefenen, dat even onzedelijk als belachelijk is, en even verderfelijk als verachtelijk. Het is niet geheel de schuld van het publiek. Men heeft het publiek steeds in alle eeuwen slecht opgevoed. Het vraagt voortdurend van de kunst populair te zijn, zijn gebrek aan smaak te streelen, zijn ongerijmde ijdelheid te vleien, het te vertellen wat het al duizendmaal gehoord heeft, het te vertoonen wat het al lang moede behoorde te zijn om te zien, het te vermaken wanneer het zich bezwaard gevoelt door een te rijkelijk maal, zijn gedachten te verstrooien als het beu is van zijn eigen stompzinnigheid. Maar de kunst behoort nooit naar populariteit te streven. Het publiek
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 23
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.