Individualisme en socialisme | Page 6

Oscar Wilde
zich in een gemeenschap, die de opeenhooping van den bijzonderen eigendom toeliet, evenals de onze, en het evangelie dat hij predikt, was niet dat het in zoo een gemeenschap een voordeel voor iemand is van karig ongezond voedsel te leven, voddige ongezonde kle��ren te dragen, in afschuwelijke ongezonde behuizingen te slapen, en een nadeel om onder gezonde, aangename en voegzame voorwaarden te leven. Zulk een beschouwing zo? door en door verkeerd geweest zijn, evenals zij natuurlijk nu in Engeland nog verkeerder wezen zo?. Want hoe meer de mensch zich in Noordelijke richting beweegt, worden de materi?ele behoeften van des te grooter levensbelang, en onze samenleving is oneindig verwikkelder en vertoont veel grooter uitersten van weelde en verarming dan eenige samenleving der oude wereld. Wat Jezus bedoelde was dit. Hij zeide tot de menigte: "Gij bezit een wonderdadige persoonlijkheid. Ontwikkel haar. Wees u-zelf. Verbeeld u niet, dat uw vervolmaking ligt in het opstapelen of bezitten van uitwendige dingen. Wat gij zoekt is binnen in u. Als gij dit slechts kondt beseffen, zo?dt gij niet begeeren rijk te zijn. Wat men gewoonlijk onder rijkdom verstaat, kan iemand ontstolen worden. Werkelijke rijkdom kan dat niet. In de schatkamer uwer ziel zijn oneindig kostbare dingen die u niet ontvreemd kunnen worden. Beproef daarom uw leven zoo in te richten, dat uitwendige dingen u niet kunnen schaden. En beproef ook u te ontslaan van persoonlijken eigendom. Want persoonlijke eigendom brengt minderwaardige beslommering mede, eindelooze bezigheid, onophoudelijk onrecht, en belemmert het individualisme bij elken stap." Het verdient de aandacht dat Jezus nooit zegt dat verarmde menschen noodzakelijk goed zo?den zijn, of welgestelde menschen noodzakelijk slecht. Dat zo? niet de waarheid zijn geweest. Welgestelde menschen zijn, als klasse, beter dan verarmde menschen, zedelijker, intellectueeler, beter van gedragingen. Er is maar ��en klasse in de gemeenschap, die meer om geld denkt dan de rijken, en dat zijn de armen. De armen kunnen nergens anders om denken. Dat is de ellende van het arm-zijn. Wat Jezus wel zegt, is, dat de mensch zijn vervolmaking niet bereikt door wat hij heeft, zelfs niet door wat hij doet, maar enkel en alleen door wat hij is. Zoo wordt de rijke jongeling die tot Jezus komt, voorgesteld als een door en door goed burger, die zich tegen geen der wetten van den staat bezondigd heeft, tegen geen der voorschriften van zijn godsdienst. Hij is volkomen "achtenswaardig," in de gewone beteekenis van dat buitengewone woord. Jezus zegt tot hem: "Geef den bijzonderen eigendom op. Het belemmert u uwe vervolmaking te verwezenlijken. Hij is een blok aan uw been, een overlast. Uw persoonlijkheid heeft hem niet van noode. Binnen in u, en niet buiten u zult gij vinden wat gij in werkelijkheid zijt en wat gij werkelijk behoeft." Tot zijn jongeren zegt hij hetzelfde. Hij vermaant hen zich- zelf te zijn, en zich niet voortdurend af te geven met andere duigen. Wat komen andere dingen er op aan? De mensch is volledig in zich-zelven. Als zij de wereld ingaan, zal de wereld met hen overhoop liggen. Dit is onvermijdelijk. De wereld haat alle individualisme. Maar dat mag hen niet storen. Zij moeten rustig blijven en bij zich-zelf bepaald. Als iemand hun rok neemt, moeten zij hem ook hun mantel geven, enkel om te toonen dat materi?ele dingen van geen belang zijn. Als de menschen hen honen, mogen zij hun niet antwoorden. Wat beteekent hoon? Wat de menschen van iemand zeggen, verandert hem niet. Hij blijft wat hij is. De openbare meening is van niet de minste waarde. Zelfs wanneer de menschen handtastelijk geweld gebruiken, mogen zij niet op hun beurt gewelddadig zijn. Dat zo? afdalen zijn tot dezelfde laagte. Wel beschouwd, kan iemand zelfs in de gevangenis volkomen vrij zijn. Zijn ziel kan vrij zijn. Zijn persoonlijkheid onverstoord. Hij kan in vrede zijn. En bovenal mogen zij niet bemoeizuchtig zijn tegenover anderen of dezen in het minst veroordeelen. Persoonlijkheid is een zeer geheimzinnig iets. Een mensch kan niet steeds geschat worden naar wat hij doet. Het is mogelijk dat hij de wet betracht en toch een onwaardige is. Hij kan de wet overtreden en toch een edele natuur zijn. Hij kan slecht zijn zonder ooit iets slechts te doen. Hij kan zondigen tegen de maatschappij, en toch door die zonde zijn waarachtige vervolmaking verwezenlijken.
Daar was een vrouw die betrapt werd op overspel. Men verhaalt ons haar liefdesgeschiedenis niet, maar haar liefde moet zeer groot geweest zijn; want Jezus zeide dat haar zonden haar vergeven waren niet omdat zij berouw toonde, maar omdat haar liefde zoo sterk en zoo wonderbaarlijk was. Een tijd later, kort v��or Jezus' dood, toen hij aanzat aan een feestmaal, kwam die vrouw binnen en stortte kostelijk reukwerk op zijn haren. Zijn jongeren trachtten haar terecht te wijzen en zeiden dat het een buitensporigheid was, en dat de prijs van het
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 23
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.