In Luxemburgs Gutland | Page 5

M.A. Perk
bergen in den naasten omtrek van Diekirch waren vroeger met bosschen bedekt. Deze zijn gerooid en hebben tot aan den voet plaats gemaakt voor bouwland. Hoogerop zijn de steenbeddingen zichtbaar, die onder de eerste aardlaag verborgen, er dikwijls doorheengluren en hier en daar ontgonnen worden.
Na de hoofdstad bekleedt Diekirch, niettegenstaande haar bevolking van nog geen 4000 zielen, een eersten rang onder de Luxemburgsche steden. Zij is de hoofdplaats van een der drie distrikten, waarin het Groothertogdom verdeeld werd en heeft het voorrecht de zetel te zijn van een der twee arrondissements-rechtbanken des lands en van een kantongerecht en de standplaats van een distriktcommissaris, en onder hare inrichtingen van onderwijs ook een bloeiend gymnasium te bezitten.
Daar zijn er, die hare stichting willen laten opklimmen tot den tijd, toen de Romeinen het land bezet hielden. En de vele romeinsche oudheden, die in den omtrek opgegraven zijn, schijnen wel eenigszins dit gevoelen te bevestigen. Doch als die vondst iets bewees voor de oudheid der plaats, dan moet men ook uit de ontdekking van gallische en keltische voorwerpen: munten, wapens, huishoudelijke gereedschappen enz. besluiten tot een nog veel ouderen oorsprong.
Ons bestek gedoogt niet over dezen oorsprong in bijzonderheden te treden, evenmin om de voornaamste feiten van hare belangwekkende geschiedenis in herinnering te brengen. Wij veroorloven ons te dien aanzien te verwijzen naar onze Schetsen uit Luxemburg. Ook ten opzichte der voornaamste gebouwen, hotels, de plaatselijke industrie enz. zij ons vergund dezelfde opmerking te maken.
Een enkel woord slechts over de beide kerken, die de belangstelling van den bezoeker bijzonder waard zijn, voegen wij hier nog bij.
De oude, aan St. Lourens gewijd, is niet meer in gebruik. Zij staat dicht bij het hotel, van waar men den lagen toren kan zien. Afgekeurd omdat zij te klein was geworden, is zij langzamerhand geheel vervallen. Het voorportaal dient tot bergplaats van allerlei voorwerpen. Het schip is daarvan gescheiden door een deur. Deze is afgesloten. De heer Coster, die er naast woont en wien het daar gelegen erf toebehoort, haalt voor u evenwel, op uw verzoek, met groote bereidwilligheid den sleutel.
Duidelijk zijn de sporen zichtbaar van de ophooging, die de grond, met de geheele binnenstad, in 1765 heeft ondergaan. Hoe gedrukt is alles!--Geen wonder. Graaft men langs de pilaren, dan kan men wel tien voet diep de aarde weghalen, zonder aan de voetstukken te komen. De stijl, waarin het gebouwtje werd opgetrokken, is de byzantijnsche. De wapens der stad, uit steen gehouwen, waren in den muur aan de linkerhand aangebracht. De preekstoel, het hoofdaltaar en een zijaltaar, benevens een in den muur gemetselde lijksteen van wit marmer, met een zwarten rand omlijst en ter nagedachtenis van Dom Fran?ois Emanu?l Goethals, in leven Markies van Diekirch opgericht, een paar schilderijen van zeer geringe waarde en eenige erg verweerde of geschonden beelden, die ik er herhaaldelijk heb gezien, zijn sedert een kleine twintig jaar verdwenen. De lijksteen is in het bezit gekomen van den Baron Goethals te Brussel, nazaat van den bovengenoemden Markies van Diekirch. De geschilderde ruiten echter zijn grootendeels stuk. Wat er goeds was in het gebouw, werd bij de stichting der nieuwe kerk medegenomen en daarheen overgebracht.
Die Nieuwe kerk, welke tegenover de Esplanade zich verheft, is nog niet lang geleden gesticht. Even als de oude aan St. Lourens gewijd, werd zij opgetrokken in 1868 ter plaatse, waar de kapel stond van het thans tot school ingerichte en in de dagen der Fransche staatsomwenteling opgeheven, ten jare 1671 gestichte Franciskanerklooster. Zij wordt bediend door een pastoor-deken en drie kapelaans. In romaansch-byzantijnschen stijl, met twee torens gebouwd, heeft zij behalve een fraaie, wit marmeren Mater Dolorosa, het werk van den beeldhouwer Achterman, niets merkwaardigs.

IV
Mag Diekirch op zichzelf in menig opzicht een belangstellend bezoek overwaard geacht worden, nog in hoogere mate is dit het geval, wanneer men het kiest tot hoofdverblijf om te voet, per as of per spoor van daar uit aantrekkelijke uitstapjes te ondernemen.
In den naasten omtrek reeds kan men, zonder buitengewone vermoeienis of krachtsinspanning een aantal aangename wandeltochten maken, die een rijke bron van genot opleveren voor hen, wier gemoed waarachtig natuurschoon weet te waardeeren. Zij beginnen reeds zoodra men de stad verlaat en bieden zich van zelf aan. Uitgezonderd die over den Kaleberg, moet men de andere beginnen met eerst een eind den weinig belommerden straatweg te volgen. De krachtige, schaduwrijke boomen, die hem weleer bezoomden, zijn geruimen tijd geleden door het gemeentebestuur omgehouwen en door jeugdig plantsoen vervangen, en de voet van het gebergte is bekleed met korenvelden. Eerst hoogerop beginnen de bosschen. Daarenboven, tenzij men den straatweg langs de S?re, westwaarts naar Ettelbrück of oostwaarts naar Bettendorf volgt, moet men niet tegen een beetje klimmen opzien. Die bergpaden evenwel behoeven u niet af te schrikken. Zij zijn in den regel niet steil, maar voeren geleidelijk en zigzag naar den top. Wel kan men dien in
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 17
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.