was ook onder het dek in de kajuiten gehoord. Verscheidene dames kwamen gillend naar boven, ten einde te weten te komen door welk gevaar zij bedreigd werden.
"Het is niets, ladies en messieurs (= dames en heeren)!" antwoordde een zeer fatsoenlijk gekleed heer, die zooeven insgelijks uit zijn kajuit was gekomen. "Slechts een pantertje, een klein pantertje, anders niet! Een allerliefste Felis pantera, slechts een zwarte, slechts een zwarte, messieurs!"
"Wat? Een zwarte panter?" krijschte met een pieperige stem een klein mannetje met een grooten bril op den neus, zoodat men hem slechts behoefde aan te zien om te begrijpen, dat hij beter thuis was in de zo?logische boeken dan in den practischen omgang met wilde dieren. "De zwarte panter is een allergevaarlijkst verscheurend dier. Hij is grooter en langer dan de leeuw en de tijger. Hij werpt zich op zijn prooi uit louter bloeddorst, zelfs al heeft hij geen honger. Hoe oud is hij al?"
"Drie jaar pas, mijnheer! niet ouder."
"Drie jaar pas? Noemt gij d��t pas? Dan is hij reeds volwassen... Lieve hemel! En zulk een ondier bevindt zich hier aan boord! Wie kan dat verantwoorden?"
"Ik, mijnheer! ik," antwoordde de elegante onbekende; en nu een buiging makende, zei hij: "Vergunt mij, myladies en gentlemen! dat ik zelf mij aan u voorstel. Ik ben de beroemde menagerie-eigenaar Jonathan Boyler, en bevind mij sedert eenigen tijd met mijn gezelschap in Van Buren. Daar deze zwarte panter in Nieuw-Orleans voor mij aangekomen was, ben ik hem daar gaan afhalen, vergezeld van mijn knapsten dierentemmer. De kapitein van dit goede schip heeft mij, tegen betaling van een hoog vrachtgeld, vergund, hem aan boord te brengen, onder beding, dat de passagiers niet te weten mochten komen in welk gezelschap zij zich bevonden. Daarom heb ik den panter niet anders gevoederd dan in den nacht, en hem elken nacht een geheel kalf gegeven, opdat hij zich zat zoude vreten, dat hij den ganschen dag met slapen doorbrengt, en zich bijna niet verroeren kan. Wanneer men echter met vuisten tegen de kast slaat, wordt hij wakker, en laat dan ook zijn stem hooren. Ik hoop, dat de ge?erde dames en heeren alsnu van de aanwezigheid van mijn pantertje, dat overigens niemand hindert, niet verder notitie zullen nemen."
"Wat?" krijschte het manneke met den grooten bril, terwijl zijn pieperig stemmetje bijna in zijn keel bleef steken. "Dat niemand hindert? Niet verder notitie er van nemen? Ik moet zeggen, dat mij z���� iets nog nooit van mijn leven overkomen is. Ik zou de reis met deze boot moeten maken in gezelschap van een zwarten panter! Neen, dat nooit, nooit in der eeuwigheid! Of dat beest zal van de boot af, ��f ik ga er af! Smijt dat ondier in het water, of zet het met kast en al aan wal!"
"Maar, mijnheer! er is wezenlijk hoegenaamd geen gevaar bij," verzekerde de menagerie-eigenaar. "Zie maar eens welk een stevige kast, en...."
"W��t stevige kast!" viel het kleine mannetje hem met drift in de rede. "Ik zou kans zien om die kast kapot te breken--hoeveel te eer dan een panter!"
"Ja maar, met uw welnemen: in die kast, die slechts tot omkleedsel dient, zit de ijzeren kooi, die geen tien leeuwen of panters in staat zouden zijn te breken."
"Is dat waar? Laat ons dan die ijzeren kooi zien! Ik moet mij overtuigen."
"Ja, ja, de ijzeren kooi laten zien! Wij moeten weten waaraan wij ons te houden hebben!" riepen twintig, dertig of meer stemmen tegelijk.
De menagerie-eigenaar was een Yankee, en trok dadelijk partij van de gelegenheid, om met dat algemeene verlangen zijn voordeel te doen.
"Volgaarne, volgaarne," antwoordde hij. "Maar, myladies en gentlemen! het spreekt vanzelf, dat men de ijzeren kooi niet zien kan zonder te gelijk den panter te zien, die er in zit. En d����rvoor dient natuurlijk iets betaald te worden. Om het aantrekkelijke van dat zeldzame schouwspel te verhoogen, zal ik het dier, terwijl het te kijk is, laten voederen. Ik zal de plaatsen voor de toeschouwers indeelen in drie rangen: de eerste rang zal een dollar kosten, de tweede rang een halven dollar, de derde rang een kwartdollar. Aangezien ik hier louter ladies en echte gentlemen om mij heen zie, begrijp ik, dat er van tweeden en derden rang geen gebruik gemaakt zal worden; die twee rangen vervallen dus--of, is er wellicht iemand op het dek aanwezig, die liever slechts een halven dollar voor deze belangwekkende vertooning wenscht te betalen, of zelfs slechts een kwartdollar?"
Op deze vraag volgde natuurlijk geen antwoord.
"Nu dan, enkel eersten rang! Asjeblieft, myladies en mylords! een dollar per persoon!"
Hij nam zijn hoed af, en ging daarin de dollars inzamelen, terwijl zijn dierentemmer, dien hij inmiddels geroepen had, de noodige toebereidselen voor de vertooning ging maken.
De passagiers waren meerendeels Yankees, en als zoodanig vonden zij de wending, die de zaak genomen had, volkomen naar hun zin. Hadden de meesten het eerst
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.