ver de
overhand te hebben boven het zwarte, dat zich alleen verraadt door de
dikke lippen, en boven het gele, dat zich in niets dan in de huidkleur
openbaart. Allen, ouden en jongen, onderscheiden zich door den rijken
weelderigen overvloed van hun zwaar, glimmend zwart, maar niet
gekroesd hair: deze lokkenpracht herinnerde mij aan de majestueuse
pruiken uit de eeuw van Lodewijk XIV. Zeer enkele mannen waren,
van de dijen tot de knieën, getatoueerd.
Wij branden van verlangen om aan wal te gaan, ten einde onze
kameraden van de Lhermitte te ontmoeten, en dan die eilanden te
bezoeken, wier tooverachtig schoon voorkomen volkomen de juistheid
schijnt te bevestigen der oude, maar treffend ware vergelijking van
bloemkorven, oprijzende uit de blauwe wateren. Sedert ons vertrek van
Noumea was onze nieuwsgierigheid nog meer geprikkeld door de
enthousiaste beschrijvingen van een der officieren van de Orne, den
heer Frogé, die vroeger de Wallis-eilanden had bezocht en daarvan de
aangenaamste herinneringen behouden. Hij stelde zich voor, ons op
onze uitstapjes ten gids te verstrekken en ons in aanraking te brengen
met de missionarissen, vooral met pater Padel, zijn landgenoot, die hem
vroeger op de hartelijkste wijze ontvangen had.
Inmiddels genieten wij met onverdeelde bewondering het heerlijk
schoone panorama, dat de archipel aanbiedt. Ten noorden, het groote
eiland Uvea, het belangrijkste van de geheele groep, het eenige dat van
vulkanischen oorsprong is; ten zuiden, Nukuatéa, de verblijfplaats van
de schipbreukelingen van de Lhermitte, wier kamp wij tusschen het
geboomte bespeuren. Het hooge eiland heeft eene driehoekige gedaante:
het gelijkt eene groote pyramide, wier basis op de golven rust en
waarvan de top met bosch is gekroond.--Tusschen Uvea en de Orne,
zien wij eene merkwaardige rots, op een koraalrif geplant, boven het
bereik van het water; deze rots vertoont uit de verte de gedaante van
een zeilend vaartuig. De zeelieden noemen haar daarom Sail-Rock; bij
de inlanders heet zij Nukutakimua.
Andere eilanden, Nukufetau, Nukuafo, groenende oasen, drijvende op
de van goudglans schitterende wateren van het binnenmeer, boeien
onzen blik door den rijkdom hunner prachtige vegetatie; nog andere,
Fao, Faïoa, op den grooten koraalgordel gelegen, die de binnenzee
tegen den oceaan verdedigt, bieden een even zonderlingen als
bekoorlijken aanblik. De witgekuifde schuimende golven, die het rif
ombruisen, spatten in doorschijnende zilveren wolken, in een regen van
diamanten, tegen den voet dier lage eilanden, waarop kokospalmen
hunne bladerkronen wiegelen, en bloeiende heesters de lucht met zoete
geuren vervullen. Voorwaar, indien eenige plek op aarde ons een
denkbeeld kan geven van het paradijs, dan zijn het wel deze gezegende,
onbeschrijfelijk bekoorlijke eilanden, zoo rustig en schoon oprijzende
uit de blauwe, van goudglans doorspeelde, effen golven, omsloten door
den wijden gordel van koraalriffen, als bloembouquetten uitgestrooid
over de eindelooze vlakte der wereldzee.
Mijne beurt is gekomen om aan land te gaan; en met haastige
riemslagen voeren onze roeiers ons naar Nukuatéa. Op het strand
komen eenige officieren ons te gemoet; onder hen bevindt zich mijn
collega, de chirurgijn-majoor Reynaud. Wij bezoeken in de eerste
plaats het kamp der bemanning van de _Lhermitte_; als weleer
Robinson Crusoe, zoo hebben ook onze schipbreukelingen alles wat zij
noodig hadden uit het gestrande schip aan den wal gebracht; zij hebben
dus, zonder veel ongemak te lijden, onze komst kunnen afwachten,
dank zij vooral de bereidvaardigheid der missionarissen en der
inboorlingen, die zich gehaast hadden, hun aanstonds na de ramp ter
hulp te komen.
In de hutten der officieren vond ik ook pater Rondel, missionaris van
de Samoa-eilanden, den eenigen passagier aan boord van de Lhermitte,
wiens tegenwoordigheid meer dan iets anders had bijgedragen om den
moed der equipage staande te houden; op verzoek van den
kommandant, was de voortreffelijke pater aanstonds bereid in het kamp
te blijven en, ongeacht den ongunstigen toestand zijner gezondheid,
afstand te doen van de gemakken, die hij ruimschoots kon vinden bij
zijne broederen te Mua.
In gezelschap van de officieren van ons état-major wandelde ik het
eiland Nukuatéa rond; zulk eene wandeling is een onuitsprekelijk genot:
bij iederen voetstap vindt ge nieuwe stof tot bewondering: de
Wallis-eilanden vooral zijn bij uitnemendheid schoon. Omringd door
den onmetelijken Stillen-oceaan, genieten zij, bij de voorrechten eener
overrijke tropische flora, het onschatbaar voorrecht van een zacht, bij
uitstek liefelijk klimaat; nooit heerscht er, dank zij de frissche
afwisselende winden, die buitensporige, ondragelijke hitte, die voor
Europeanen onuitstaanbaar is. Hoe heerlijk is het, zich geheel over te
geven aan den weldadigen indruk van oneindige kalmte en storelooze
vrede, die u hier van alle kanten omringt; ten volle te genieten van het
nieuwe leven, dat u lokkend toelacht op deze paradijsachtige eilanden,
waar de bloemen altijd frisch zijn, waar de zon altijd schijnt; waar de
suizende zefyrs bezwangerd zijn met zoete geuren; waar de effen
wateren van de binnenzee het smettelooze blauw van den hemel
weerspiegelen, en uit de verte het geruisch van den grooten oceaan u
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.