consenteren,
accorderen ende octroyeren mits desen, dat sy geduurende den tyt van
vyftien eerst achtereenvolgende jaren de voorsz. werken die reeds
gedrukt zyn, ende die van tyt tot tyt door haer gemaect ende in 't ligt
gebragt sullen werden, Binnen den voorsz. Onsen Lande alleen sullen
mogen drukken, doen drukken, uytgeven en verkopen. Verbiedende
daerom allen ende eenen yegelyken de selve werken naer te drukken
ofte elders naer gedruckt binnen de selve Onsen Lande te brengen, uyt
te geven ofte te verkopen, op de verbeurte van alle de naargedrukte in
gebrachte ofte verkogte Exemplaren, ende een boete van drie hondert
guldens daer en boven te verbeuren, te appliceren een derde part voor
den Officier die de calange doen sal, een derde-part voor den Armen
der plaetse daer het casus voorvallen sal, ende het resterende derde part
voor de Supplianten. Alles in dien verstande, dat Wy de Supplianten
met desen Onsen Octroye alleen willende gratificeren tot verhoedinge
van hare schade door het nadrucken van de voorsz. werken, daer door
in geenige deele verstaan, den Inhoude van dien te Authoriseren, ofte te
avouëren, ende veel min de selve onder Onse protectie ende
bescherminge eenig meerde credit, aansien ofte reputatie te geven,
nemaer de Suppliante, in cas daar in yets onbehoorlijkx soude mogen
influëren, alle het selve tot haren laste sullen gehouden wesen te
verantwoorden, tot dien eynde wel expresselijk begerende, dat by
aldien sy desen Onsen Octroye voor de selve Werken sullen willen
stellen, daer van gene geabbrevieerde ofte gecontraheerde mentie sullen
mogen maken; nemaer gehouden sullen wesen, het selve Octroy in't
geheel ende sonder eenige Omissie daar voor te drukken ofte te doen
drucken; ende dat sy gehouden sullen zyn een Exempelaer van alle de
voorsz. werken, gebonden ende wel geconditioneert te brengen in de
Bibliotheecq van Onse Universiteyt tot Leyden, ende daer van
behoorlyk te doen blyken. Alles op poene van het effect van dien te
verliesen. Ende ten eynde de Suppliante desen Onsen consente Octroye
mogen genieten als naar behooren: Lasten wy allen ende eenen
yegelyken die 't aengaen mach, dat sy de Suppliante van den inhoude
van desen doen, laten en gedogen, rustelyk, en volkomentlyk genieten
en cesserende alle beletten ter contrarie. Gedaan in den Hage onder
Onsen Grooten Zegele hier aan doen hangen, den XIX September in 't
Jaer onses Heeren en Zaligmakers duysent ses hondert vier en tachtig.
G. FAGEL: Ter Ordonnantie van de Staten SIMON van BEAUMONT
De tegenwoordige REGENTEN van de SCHOUWBURG, hebben het
recht der bovenstaande PRIVILEGIE, voor het BLYSPEL van DE
PLEITERS, vergund aan de Erfgenaamen van Albert Magnus.
Den 28 van Maart, 1695.
VERTOONERS.
DANDYN, een Rechter.
LEANDER, Zoon van Dandyn, Minnaar van Izabel.
JERONIMO, een oud Burger.
IZABEL, Dochter van Jeronimo.
DE GRAVIN VAN NARRESTYN, &c. &c.
WOUTER, Secretaris} } van Dandyn. ORATYN, Portier }
VOLKERT.
't Tooneel is te Parys, voor en in 't huis van Dandyn.
DE PLEITERS,
BLYSPEL.
EERSTE BEDRYF.
EERSTE TOONEEL.
ORATYN, een groote zak met Processen met zich sleepende.
Ja; 'k zeg als noch, het is een zot die hem vertrouwt Op dingen die hy
hoopt, en niet met 't oog beschouwt, En, als een Ezel hem by d'ooren
om laat leijen; Want een die heden lacht, zal morgen zeker schreijen.
Een jaar geleên, liet van Gaskonje my van daan Een Rechter komen, en
nam my voor Switzer aan. De kaale Fransjes, ha! die Jonkers zonder
veeren, Die dachten my toen met hun snoeven wat te scheeren; Maar
schoon Gaskonjer, 'k ben een krygsman in myn bloed; 'k Snoef meê
van houwen, en van kerven, als verwoed. Bloed! al die snoeshaans met
hun a la mode kleeren, Die kwamen my terstond hun dienst toen
offereeren, 't Was al Heer Oratyn uw dienaar. 'k Lach me slap! Maar
zonder geld lach ik met zulk een Ridderschap. 'k Kon voor een goed
portier van d'Opera passeeren. Men had goed kloppen, en my dus te
lermoneeren, Doch 'k het geen mensch in, of geld, geld was eerst het
woord, Geld moest'er wezen, of ik sloot aanstonds de poort; 't Is waar,
'k moet aan myn Heer daar van een portie dokken; Doch 'k win daar by;
want zie, ik hou de grootste plokken. 'k Verzorg de kaarszen, 't hooy, 't
papier, en kleinigheên, En ik versta my op de kunst, van nul 'k hou een.
Maar hy is als de droes genegen tot dat zwessen, Ja dag en nacht leit hy
en prevelt van Processen, Van Vonnis, van Apel, Sententie, Vierschaar,
daar Hy wil gaan eeten, en ook slaapen 't heele jaar. Ik zei wel
hondertmaal myn Heer Dandyn, ik zweerje Je staat te vroeg op alle
morgens, hoe begeerje Dan uit te teeren, en te sterven als een beest? Eet,
drinkt, en slaapt, want zie de wyn verheugd de geest. Maar 't was
vergeefs. Hy heeft zyn
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.