Columbus | Page 8

John S.C. Abbott
kende men nog geen postwagens en evenmin de gemakken, die de post nu geeft. Een ouden afgeleefden zeeman werd de brief toevertrouwd, en dien zond men naar Santa Fé, waar het hof, tijdens het beleg van Granada, toen verblijf hield. De afstand bedroeg ongeveer 150 mijlen. De bode kwam er goed en wel aan, en overhandigde den brief aan de koningin.
Niettegenstaande al de zorgen, welke toen haar geest vervulden, kreeg Isabella er een diepen indruk van. Zij gaf een bemoedigend antwoord mede, en drong er sterk op aan, dat haar geachte vriend, de prior van het klooster, dadelijk bij haar zou komen.
Dit antwoord verlevendigde aanstonds weer de hoop in 't hart van Columbus, en bracht groote vreugde in den kleinen kring te La Rabida. Het was midden in den winter, en koude winden woeien over de naakte bergen en kale vlakten, ook van zuidelijk Spanje. Maar onverwijld besteeg de prior den muilezel, en sukkelde langs den eenzamen weg voort naar het hof.
Hartelijk zelfs mocht de ontvangst heeten, die de koningin haar vroegeren kapellaan bereidde. Ofschoon zij teruggetrokken was en zich niet uitliet, sluimerde er onder dat koele uiterlijk warme genegenheid. Zij luisterde met instemming naar de woorden van den prior. Daar hij een geleerd man was, en door vertrouwelijken omgang met Columbus diens gedachten kende, was hij de rechte man, om zijn plannen op de duidelijkste wijze voor te dragen. De koningin had tot nog toe geen aandacht aan de zaak gewijd, want ofschoon de koning en de vergadering van geleerden ermee in kennis waren gesteld, tot haar had men zich nog nooit rechtstreeks gewend.
De lezer zal zich herinneren, dat Ferdinand alleen koning van Arragon was. Isabella was koningin van Castili?, en had een eigen inkomen, leger en hof. Dadelijk besloot zij Columbus te beschermen. Zij liet hem halen, opdat hij zich onmiddellijk naar Santé Fé begeven kon. Alzoo geroepen, om een bevel van de koningin uit te voeren, zond zij hem een voldoende som geld tot aankoop van een muilezel en een passend gewaad, om aan 't hof te verschijnen en ter bestrijding van de reiskosten.
Toen de prior met deze aangename tijdingen te La Rabida terugkwam, verheugde men zich daar zeer en nieuwe hoop straalde in de levensmoede ziel van Columbus. Er werd een mooie muilezel gekocht, de reiziger trok een net pak aan, en draafde weldra, als verjongd en door de hoop vroolijk gestemd, over de heuvels en door de schaduwrijke dalen van het schoone Andalusi?. Hij kwam nog tijdig genoeg te Granada aan, om te kunnen zien, dat men de vaandels der Mooren van de muren van het Alhambra afrukte, ten einde er de vlaggen van Ferdinand en Isabella voor in de plaats te stellen. Het was het schoonste oogenblik in de regeering van de beide beroemde koningen, en werd als het roemvolste aangemerkt voor de Spaansche wapenen.
Te midden van al die volksvreugde maakte Columbus zijn opwachting bij koningin Isabella. Hij nam niet de houding aan van een nederigen smeekeling, maar van een door God gezonden afgezant, die de nietige gunsten, waardoor hij zijn plannen ten uitvoer kon brengen, met groote schenkingen vergold.
Beleefd sprak hij tot de koningin:
"Ik verlang slechts een paar schepen en eenige matrozen, om op den oceaan tusschen de 2 à 3 duizend mijlen westwaarts te varen. Ik zal zoo Uwe Majesteit een korteren weg naar Indi? aanwijzen, en tot hiertoe onbekende volken leeren kennen, die machtig zijn en verbazende rijkdommen bezitten. Tot loon vraag ik alleen de aanstelling tot Onderkoning over de rijken, die ik ontdekken zal, en het tiende deel van de winsten, die er uit mogen voortvloeien."
De hovelingen van de koningin waren verwonderd, want de eischen van Columbus kwamen hun buitensporig en vermetel voor. In hun oog was hij maar een arme zee-kapitein, dien niemand kende en die, daar hij geen vrienden had, de hulp der koningin kwam inroepen, waardoor hij in staat zou zijn een zeereis te doen. En hij vroeg toch ter belooning rijkdom en eer, waardoor hij een rang naast de kroon zou innemen. Onder den invloed dezer voorstellingen van invloedrijke hovelingen, riep de koningin Columbus weer aan 't hof, en stelde hem matiger eischen voor. Maar hij bleef op zijn stuk staan, en wilde niets laten vallen. Het denkbeeld van zich te gaan inschepen voor een grootschen tocht als een bloot werktuig van een vorst, een huurling, streed met zijn trotschen aard. Isabella, verdrietig over zijn weigering, zag van Columbus en zijne eischen af.
Dit was het droevigste uur in het leven van den grooten ontdekker. Geen ster, als voorbode van een mogelijken dageraad, vertoonde zich aan de kimmen. Verdrietig zadelde hij zijn muilezel weer, en nam langzaam en moedeloos de terugreis naar zijn vrienden te La Rabida aan. Hij dacht er over na, of het wel de moeite loonen zou naar Frankrijk te gaan, en daar zijn
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 85
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.