termijn, den 4den Juli 1886, een trein, uit Montreal
vertrokken, de stille Zuidzee bereiken, eene uitkomst, die des te
belangrijker was, omdat de weg aangelegd moest worden door bijna
geheel verlaten streken, die groote natuurlijke bezwaren aanboden.
Bijna 500 kilometers zijn in de rotsen uitgehouwen. De bruggen zijn
ontelbaar, één, van ijzer vervaardigd, is 250 meter lang; een andere is
tusschen twee bergen 90 meter boven een stroom gebouwd. In de
laatste weken werkte men zelfs bij de strengste koude; als de paarden
niet meer konden, spande men honden voor wagens. Herhaaldelijk
heeft men rails gelegd, terwijl het kwik in den thermometer bevroren
was. Van de vier groote secties der lijn zijn twee door de regeering en
de beide andere door de maatschappij aangelegd. De zoo snelle
voltooiing van den reusachtigen spoorweg, die van Montreal tot
Vancouver niet minder dan 4679 kilometer lang is, mag, ik herhaal het,
een reuzenwerk worden genoemd, en heeft aangetoond, dat zoowel de
ingenieurs als de werklieden uit Canada in niets bij hunne buren uit de
Vereenigde Staten achterstaan.
De compagnie van den Canada-pacific-spoorweg maakt goede zaken.
Buiten de groote lijn omvat haar spoorwegnet groote uitgestrektheden
van de noordwestelijke prairieën en enkele wegen oostwaarts naar
Quebee, Halifax enz. en ook verscheiden lijnen, die met de
amerikaansche in verbinding staan. Van Halifax naar Vancouver, dat is
van den eenen oceaan naar den anderen, wordt de afstand van 5908
kilometers geregeld in zeven dagen afgelegd, en op een manier, zoo
prettig en gemakkelijk als men zich in Europa niet kan voorstellen.
Tegenwoordig kan men zonder moeite in veertien dagen van Parijs naar
Victoria op Vancouver komen, en daar langs dezen weg de afstand van
Japan 516 mijlen korter is dan over San-Francisco en slechts 13 à 14
dagen eischt, kan men vier weken, nadat men Frankrijk heeft verlaten,
op de kaden te Yokohama wandelen, terwijl deze reis over Marseille en
Suez 42 dagen duurt. [1]
25 Juli.--Ik heb een uitmuntenden nacht gehad en sta om zeven uur op,
geheel uitgerust van de vermoeienis der vorige dagen. We zijn de
hoofdstad der Dominion Ottawa reeds lang voorbij. We rijden nu langs
den rechteroever der rivier van denzelfden naam, die we een uur later
zullen verlaten op het punt, waar zij zich naar het noordwesten buigt.
Daar zijn we te Mattawa, een belangrijke plaats voor den handel in het
hout, dat uit de provincie Ottawa komt, en punt van samenkomst voor
de hertenjagers en de forellenvisschers. Een _dining-car_ wordt aan
onzen trein gehecht en ik ontbijt met smaak, wat in Amerika, zoowel in
Canada als in de Vereenigde Staten, eene zeldzaamheid is.
De oude spoorweg, door de regeering aangelegd, eindigde 42 kilometer
verder, bij het station Callander. Bij dit punt begonnen dus de werken
der Canadian Pacific, van de C.P.R., zooals men bij verkorting zegt.
Wij naderen de streek der kleine meren ten noorden van het Huronmeer.
Men ziet er verscheidene in 't voorbijgaan. Het grootste is het
Nipissing-meer, een mooie watervlakte van 80 kilometer lang en 40
breed, met woudrijke eilandjes er in en een gordel van wouden er
omheen, waarin veel wild wordt aangetroffen. Hoe onbeteekenend
klein is echter dat meer, vergeleken bij de rij uitgestrekte
zoetwater-binnenzeeën, iets zuidelijker op 16° lengte!
Om tien uur komen we te North Bay, een klein, geheel nieuw stadje aan
de noordzijde van het meer. De trein staat er tien minuten stil. Ik ga een
tocht wagen naar het buffet; men eet er staande en men kan er enkel
brood, thee en koffie krijgen. Geen gegiste dranken, noch bier, noch
wijn worden er geschonken; zoo is het aan alle buffetten langs de lijn.
Nadat we eenigen tijd langs het meer zijn gestoomd, gaat de spoorweg
over het voornaamste toevoerkanaal, de rivier Sturgeon, juist boven
schilderachtige stroomversnellingen. De temperatuur is zacht en ik
breng een groot deel van den tijd door op het balkon van de
_smoking-room_ achter aan den trein; van daar verlies ik geen enkele
bijzonderheid van het landschap.
Op enkele punten is het woud gekapt; maar de landbouw heeft nog
slechts schroomvallig bezit genomen van het domein der houthakkers.
Bijna overal is de bodem met primitieve wouden bedekt, hier en daar,
helaas, door brand vernield. Op de wanstaltige en in ontbinding
verkeerende overblijfselen der van ouderdom gestorven woudreuzen,
tusschen dorre maar nog rechtop staande boomen, op de
gecarboniseerde lagen en de in elkander verwarde halfvergane
stammen, groeit een nieuw geslacht van jonge boomen vol leven. Het is
een dicht labyrinth, waar men overal water aantreft. De meren zijn
ontelbaar en dat zijn ook de waterloopen, die door het bosch kronkelen
en naast den spoorweg aan houtzagerijen beweegkracht leveren.
Sudbury is ook een nieuw stadje, zoo maar midden in het woud
ontstaan. Het is een belangrijk punt der lijn; in de nabijheid ontgint
men aanzienlijke koper-, nikkel- en platinalagen en van hier
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.