Taormina | Page 7

Johanna G. Lugt
afstand voortgevloeid, donkere rivieren lijken die zich in zee ontlasten, of in het noorden de Straat van Messina, Calabri?, de uitgetande kust van Sicili?, waarlangs de spoor als kinderspeelgoed voortglijd, verdwijnend, verschijnend, tunnel in, tunnel uit.
Zoo genietende en bewonderende komen wij aan het strand en bieden geen weerstand aan de verzoeking een klein tochtje op zee te maken. Roeibootjes genoeg en geen gebrek aan overvragende roeiers die u gaarne naar de Grotta Amato of Grotta del Giorno zullen brengen. Roep hun uit de verte reeds toe dat gij geen Engelschman of Amerikaan zijt, wij durven u verzekeren dat hij u de helft zal vragen, en dat niet all����n, hij zal ook verrast opzien als hij zijn eigen taal hoort, en al hebt gij ook dikwijls moeite uit zijn eigenaardig dialect wijs te worden, gij zult toch na vijf minuten in een interessant gesprek gewikkeld zijn over zijn land, zijn gezin, zijn leven, zijn lijden. Opgewektheid zult gij bij hem niet vinden; de Siciliaan is over het algemeen somber; zang en lach der Napolitanen zal men tevergeefs bij hen zoeken, maar zijn fond is beter en hij is meer ontwikkeld. Trots kijkt hij uit de donkere oogen, ridderlijk is zijne houding.
Moet ons zijne mindere opgeruimdheid verbazen als wij zijn land hebben gezien? Ons lachen zon en blauwe hemel toe, wij vinden de schitterende oude gebouwen en ru?nes interessant, de lavavelden en cactussen eveneens. Maar die onafzienbare rotsenmassa's waarop dier noch plant kunnen leven, al die rivieren en stroompjes die des zomers hun waterlooze steenen bedding vertoonen, de menschen en kinderen moordende zwavelmijnen bij Caltanisetta, de alles vernielende druifluis die op onmetelijke velden allen wijnbouw onmogelijk maakt, hoe zouden die ons lijken als wij, in plaats van toeristen, bewoners van Sicili? waren? Maak u geen illusie dat heel Sicili? is als Taormina, en wie nooit dit liefelijk oord aanschouwde doch all����n Palermo bezocht, moet ook niet zijn Conca d'Oro of goudenschelp, de heerlijk groene vallei waarin die stad ligt, als bewijs van Sicili?'s vruchtbaarheid aanhalen. Neen, Trinacria deed ons dikwijls denken aan een vergeten, verongelijkt kind van het moederland Itali?.
Na het zeetochtje moet gij ook nog een dag de bergen met ons in, te voet of op een ezel, al naar verkiezing, maar raden doen wij u in deze niet. De keuze is moeilijk, wilt gij zelf zoeken waar op de steile bergpaden met vallende steenen uw voet te zetten, of wilt gij het overlaten aan uwen ezel, die, daar kunt ge op aan, nooit vallen zal maar altijd de beste plekjes zal weten te vinden. Maar dan moet gij het stootende gevoel er voor over hebben dat, vooral berg af, aller onaangenaamst is.
Tusschen twee muurtjes van los op elkaar gestapelde steenen, waarachter de wijnvelden liggen, bestijgen wij de trapsgewijze ruw aangelegde wegen. Links en rechts hooge cactussen zwaar van de rijpe cactusvijgen, een geliefkoosd volksvoedsel der Sicilianen, die ondoordringbare hagen vormen tusschen de verschillende bezittingen.
Wij wagen ons aan geen beschrijving van de cactus, overtuigd geen betere te zullen kunnen geven dan die van Selma Lagerl?f in haar "Wonderen van den Anti-Christ" waarin zij haar beschrijft als iets dat "strompelde en stortte, dat viel en kroop, dat liep op de knie?n, op 't hoofd en de ellebogen. Het was binnen en buiten 't dal, het had slechts stekels en knobbels, had een mantel van spinnewebben en poeier op zijn pruik en leden zooveel als een worm. Wist Gaetano dat de cactus op de lava groeide en den grond bewerkte gelijk een boer? Wist hij dat alleen de fichidenda de lava kon beteugelen? De cactus was de beste toovenaar die op de Etna woonde."
Ja, wat volgens de legende bedoeld was als een vloek voor Sicili?, is het ten zegen geworden. Volgens de overlevering toch meenden de Saraceenen geen beter middel te kunnen bedenken tot uitroeiing van de bewoners van Sicili? dan het invoeren en aanplanten van de cactus. Hare vruchten toch kunnen, wanneer men er niet aan gewend is, bij onmatig gebruik den dood veroorzaken. Doch de Sicilianen vielen niet in de hun gespannen strik; zij begonnen met de cactusvijgen met mate te gebruiken en eerst toen zij er behoorlijk aan gewend waren, werden zij langzamerhand een volksvoedsel. De prijs is vier stuks voor twee centimes, wel een bewijs hoe overvloedig zij zijn, en het is dan ook niet ongewoon er 60 �� 80 op ����n dag van te verorberen. De flauwe smaak bracht ons niet in verzoeking er ons aan te buiten te gaan. Als een aardige bizonderheid zij hier nog vermeld dat wij ze later eens te Hamburg in een delicatessen-winkel zagen liggen, doch daar kostten zij 72 cents per stuk, dus 288 maal zoo duur!--De naam "fighi d'India" vindt dus zijn oorsprong in den invoer van de cactus uit het land der Saraceenen, dat de Sicilianen India noemden.--En Selma Lagerl?f
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 16
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.