de kamerdeur steken. "Moe roept," zei hij alleen, met een kwajongensachtige bazigheid.
Schielijk zette Sprotje haar pakje goed op de keukenstoel. Toen stond zij in de kamer. Zij stond voor een groote, ronde tafel, waarachter een kindje zat in een kinderstoel, terwijl de juffrouw bezig was kopjes te wasschen in een hel-roode teil.
"Zoo....dag Marie!" zei die.
Sprotje ontstelde. Wat de Juffrouw bleek zag! wat ze diepe blauwe strepen onder de oogen had!
Het vrouwtje was den vorigen avond tot ver over tienen nog aan 't werk geweest om alles knap te hebben tegen dat het nieuwe meisje kwam. Zij was niet uitgerust, haar rug brandde. Maar ze had toch heel prettig en vriendelijk gegroet.
"Dag Juffrouw," zei Sprotje heesch terug.
Zij keek, kleurde, keek weer; dan voelde zij plotseling haar gezicht mal vertrekken, want ze had met een scheut van schrik gezien, dat de Juffrouw het vreemd vond zoo aangestaard te worden. Toen keek zij naar het kleine kind, dat zoetjes in zijn tafelstoel met een paar kurken zat te spelen.
De lage, vierkante kamer had openslaande glazen deuren op een kleine, geelhouten waranda; de deurhelften stonden aan en er klonk onderdrukt gelach. De jongen met de bril was buiten en een eender meisje als wat daar juist in de keuken kwam, maar kleiner alleen....Sprotje had die twee nog niet opgemerkte...
En door het gesmoorde lachen niet meer zachtjes kunnende praten, zei het roodgebloesde meisje op de waranda, plotseling in een giechelig-hoogen overslag heel duidelijk sprekend, tegen den jongen met den bril:
--'t Is de gekste die we nog gehad hebben!"
Sprotje voelde dadelijk dat het haar gold en haar schaamtekleur verschoot tot een grauwig wit.
"Christien!" had de moeder gewaarschuwd. Ongeduldig gaf zij haar een wenk, om de kopjes verder te komen wasschen. Maar het meisje, wat verlegen dan toch, mompelde iets van nog lessen leeren en ging haastig de kamer door en weg.
Toen veegde juffrouw Jonkers haar handen aan den theedoek droog, lei den doek over den rooden bak, om haar waschwater warm te houden, en zei:
"Kom, Marie, 'k zal je eerst het huis eens laten zien en je je werk wijzen."
Zij beurde het kleine kind, dat gauw met elk handje een kurk redde, uit den stoel, heesch het op den arm en montertjes ging zij Sprotje voor.
"Zoo...." zei ze in de keuken, toen zij het pakje goed zag liggen, "zoo, zijn dat je spullen?"
Zij toonde geen verwondering over de geringheid van den omvang; zij was geen meisjes gewend, die met een koffer of een kastje kwamen; als ze een behoorlijke verschooning hadden, was zij al blij.
Zij gingen naar de slaapkamer voor-aan-straat, waar een afgehaald bed stond bij een dubbel raam met horren erin....zij keken in 't smalle studeerkamertje aan den anderen kant van de gang, waar juist, zijn geelbruine overjas al aan en een dophoed op, een gedrongen mannetje met een grijzend-rooden baard een stapel schriften van de rieten hoektafel nam en wegging.... Zij kwamen nog eens in de keuken, keken in de twee kastjes: hier stond dit en daar stond dat.... Sprotjes hoofd werd heet en duizelig van al wat de Juffrouw zei: den grond opnemen, en de trap vegen, en 's middags aardappelen schillen, maar nu vandaag voor elven, en de petroleumstellen vullen, en Vrijdags schuren....
--Tjee, tjee.... dacht het kind,--hoe moest ze dat allemaal onthouden!
Maar ze was niet bang en ze vond het niet naar; zij merkte zelf met verbazing op, dat zij iets zeer prettigs ervoer. Zij drong maar al vlak achter en naast de Juffrouw-met-het-kind-op-den-arm, en keek en luisterde en probeerde te onthouden wat ze kon.
--"De Juffrouw was een lief mensch!" meende ze. Ze zou nog wel een uur zoo hebben willen rondloopen en ze voelde niet, dat ze moe werd. Bij het bordenkastje (waar altijd goed het knipje op moest, omdat het zoo slecht sloot!) begon ze op haar oude-vrouwtjes-manier ook al mee te femelen van:--ja.... de vliegen.... maar de mieren.... as die bij 't eten kwamme.... d��t was pas erg!....
Juffrouw Jonkers dacht even, dat zij voor den gek gehouden werd, keek onthutst terzij; maar toen zij het stil zwaarwichtige gezichtje zag, met de kleine bleeke oogen zoo goedmoedig vertrouwlijk naar haar op, toen was er plots iets als een verteedering in haar en ze moest lachen tegelijk.
--Een best kind, vond ze;.... maar wel wat mal..
Zij keken in de kelderkast, zij keken naar de sluiting van de voordeur; zij kwamen weer in de huiskamer, die nu leeg was, keken in de alkoof, waar het bed van Herman stond.... Sinds verleden week droeg die een bril en hij was daar nog erg beschaamd over, vertelde de Juffrouw. Zij vertelde het al zuchtende;--twee visites bij den oogarts en een bril van een bizondere soort, die f 3.50 had gekost, dat was geen kleinigheid voor hen geweest.
Naar boven gingen zij niet;.... daar sliepen Christien en Coba....die hielden zelf om de week haar kamertje in orde....
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.