Planter, het welk men, om de aangenaamheid, doorgaans aan den oever van eenige Rivier plaatst; en dicht daarby, gemakshalven, de woning van den opzichter, van den boekhouder, de magazynen, en kleine bergplaatsen. De verdere gebouwen, tot de bewerking geschikt, zyn eene wooning voor den timmerman, een timmerwerf, een zoort van schuur om het vaartuig in te bergen, twee koffy-huizen, het ����n, om de boon van het verdere gedeelte der vrucht af te scheiden, en het ander, om dezelve te laten droogen. Het overige bestaat in woningen voor de Negers, in een hospitaal, een beestenstal, en magazynen. Het geheel heeft het voorkomen van een klein gehucht. Het koffy-huis alleen kost zomtyds vyf duizend ponden sterling, en zelfs meer. Maar om een volkomener denkbeeld van het geheel te geven, verwyze ik den lezer naar de daar van door my gemaakte afteekening. Hy zal op dezelve zien de plaats der gebouwen, de velden in hunnen vollen groei, de paden, de grachten, de Huizen, alles behoorlyk onderscheiden. Eene dergelyke Plantagie, op die wyze gerangschikt, vereenigt in zig aangenaamheid, gemak, en veiligheid: aangenaamheid, om dat zy volmaakt regelmatig is; gemak, om dat alles aldaar onder het bereik en het oog van den Planter verrigt wordt; veiligheid, om dat zy door eene zeer breede gracht omringd is, waar in het water uit de Rivier loopt, en waar over een valbrug legt, die des nachts wordt opgehaald, en alle gemeenschap van buiten afsnydt.
De landen, tot bebouwing geschikt, zyn in groote vierkante vakken verdeeld, waarop doorgaans twee duizend fraaije koffy-boomen staan, die op den afstand van tien voeten van elkander geplant zyn. Deeze boomen, die op de drie jaaren vruchten beginnen te dragen, hebben op de zes jaaren hunnen volkomen wasdom bereikt, en worden dertig jaaren oud. In plaats van de boomen, die sterven, plant men jonge loten, die uit eene kweekery gehaald worden, zynde een zeer wezentlyk gedeelte, waar aan eene Plantagie nimmer gebrek moet hebben. Ik heb reeds opgemerkt, dat men twee maalen's jaars oogsten kan: de eerste heeft plaats op het einde van de maand Juny, de andere op het einde van November.
Het is in dit oogenblik niet on?angenaam, Negers van allerleijen ouderdom, deeze bezi?n van eene helder roode kleur te zien plukken; en terwyl de meer bejaarden hunne taak afwerken, vermaken zig de jongere, die reeds dezelve geeindigd hebhen, met onder een aangenaam groen te stoeijen.
Zy verschynen vervolgens allen voor den Opzichter, die de geenen, wier manden niet vol genoeg zyn, doet zweepen, welke reden van verschooning zy ook mogen bybrengen. Dit gedaan zynde, worden de vruchten in de schuur gebragt, en de slaven keeren naar hunne woningen te rug. Om het vleesch der vrucht van de boonen af te scheiden, worden de vruchten in een molen, die daar toe gemaakt is, gewreven; vervolgens worden de boonen in water geworpen, waar in zy een nacht blyven; men spreidt ze als dan uit op een zoort van dorschvloer, gemaakt in de open lucht, en met platte steenen, om daar op de boonen te laten droogen. Deeze bewerking afgeloopen zynde, begint men wederom eene andere, byna van gelyken aart, daar in bestaande, dat men de boonen op den vloer van eene zolder uitspreidt. Aldaar dampen zy uit, en droogen inwendig, en men draagt zorg om ze dagelyks met houten schoppen om te roeren. Om de drooging volkomen te doen zyn, werpt men deeze zelfde boonen in kuipen, die op rollen loopen, en men draagt zorg, dat ze niet door den regen nat worden. Men wryft ze vervolgens in houten mortieren, om de schil of het vlies, waar mede de boonen in de vrucht aan elkander vast zitten, van ����n te scheiden. De Negers doen dit werk op de maat, onder een algemeen gezang.
Eenige Koffy-Plantagi?n in Surinamen brengen jaarlyks meer dan 150,000 ponden gewicht voort; en, gelyk ik reeds heb opgemerkt, het jaar voor onze komst, voerde men, alleen naar Amsterdam, 12,267,134 ponden van dit aangelegen voortbrengzel uit, waar van de prys van zeven tot agtien stuivers verschilde, maar die, midden door gerekend, eene somme van 400,000 ponden Sterling opbrengen, zonder daar nog by te rekenen het geen naar Rotterdam en Zeeland verzonden wierd.
Dit is genoegzaam tot betoog, dat het aankweken der koffy allen aandacht van de Planters verdient. Ten aanzien van derzelver hoedanigheden is het onnoodig den lezer te onderhouden.
Met deeze beschryving zal ik de waarnemingen eindigen, door my omtrent de voortbrengzels van het Planten-ryk in deeze Volkplanting gemaakt, naar mate dezelve zig aan my aanboden. Ik zal 'er echter byvoegen, dat de verscheidenheid en buitengewoone eigenschappen der boomen, planten, wortelen, enz. in dit Land, van dien aart zyn, dat zelfs de oudste inwooners dezelven niet volkomen kunnen kennen.
Het is eenige jaaren geleden, dat de Graaf GENTILLY, een kundig man, met verscheiden Indianen de woestenyen van Guiana doorreisde. Hy had een aantal aanmerkingen verzameld, waar uit
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.