Reisherinneringen van een bestuursambtenaar in Zuid-Celebes | Page 6

L.M. van Klaveren
Het dorp met verscheidene flinke
huizen lag aan onze voeten in de schaduw van hoog geboomte.
Eigenaardig die pannen daken van sommige woningen, nergens zagen
we dat op Zuid-Celebes. Men vertelde ons dat die pannen van Java
waren aangevoerd, wel een bewijs dat er hier veel scheepvaart is. We
gingen niet heen voordat de zon, die op onze ongedekte kruinen begon
te branden, ons tot den aftocht dwong. Na het ontbijt zouden we de
uiterste ZO. punt van ons schiereiland, Kaap Bira (Oedjoeng Lassowa)
bezoeken. Natuurlijk werden de geweren niet vergeten. Eerst moesten
we langs een voetpad naar beneden afdalen om aan het strand van de
baai van Bira te komen. We wandelden over een rotsig terrein. Er
deden zich hier op geologisch gebied interessante verschijnselen voor,
die erop wezen, dat de kust periodiek sterk gerezen was. In den
rotswand aan onze rechterhand was zeer duidelijk afgeteekend 't oude

zeeniveau. Door verwering en door den golfslag was over grooten
afstand in den rotsmuur een diepe groef ontstaan, door hare afmetingen
hier en daar het idee van holen wekkende. Een vijftig meter lager
zouden we hetzelfde verschijnsel zien, maar met de zee en de lucht nog
steeds in werking. De formatie aan het tegenwoordige en aan het oude
strand waren zoo treffend gelijk, dat ieder, die niet geheel vreemd staat
tegenover natuurkundige verschijnselen, terstond tot de conclusie moet
komen, dat de natuur ons hier een kijk gaf in haar werk van eeuwen en
eeuwen. Een Aeonen-kalender, aan de hand van welken wij het niet
onderstaan berekeningen te maken. Beneden aan het fraaie breede
strand, waar dit ook nog breed genoeg was voor eene klapperaanplant,
vonden we verschillende bantilangs of scheepstimmerwerven. Hier
werd door eenvoudige inlanders, evenals te Lemoe-Lemoe, het eerzaam
beroep van scheepsbouwer uitgeoefend. De Biraneezen zijn van ouds
wijd en zijd beroemd om die kunst. Verschillende flinke zeilschepen,
die hier op stapel stonden, vertoonden het onmiskenbare
oudeuropeesche type van de "Halve Maen"; ook het tuig van deze
prauw-pelari's vertoont, in tegenstelling met de andere, in groote
trekken het europeesche type. De vaartuigen zijn dikwijls niet alleen
zeer fraai beschilderd, maar ook van snijwerk voorzien, vooral de
ambing of stuurstoel. De wijze van werken, door den
scheepstimmerman gevolgd, verschilt echter nogal wat van de
europeesche. Het gaat hier klaarblijkelijk zooals met zooveel werk van
inlanders, dan een greep, dan een ruk, dan een geweldige pauze. De
aanwezige voorraad hout, waarvoor het meest gezocht is katondeng,
ook wel genaamd nanassa of golassa, was ook veel te gering om een
geregeld doorwerken mogelijk te maken. Maar men moet toch respect
hebben voor den hoofddoek van Batjo, waaronder een uitstekende
voorstelling van het geheel en de onderdeelen blijkt te bestaan, want
zoo'n prauw wordt in elkaar gezet zonder eenige teekening en zonder
dat er wiskunde aan te pas komt.
Op het blanke zand van het strand vonden we sponsen, koraal,
puimsteen en vreemdsoortig gevormde, fraaie schelpen. We volgden nu
eerst een wijle het strand in zuidelijke richting, doch weldra naderde de
rotswand zoo dicht de zee, dat er zelfs bij laag water nauwelijks
mogelijkheid bestond over den hier steenachtig geworden oever te

loopen. Eigenaardig zooals op sommige plaatsen de rotsen door den
golfslag waren uitgehold en in de grilligste vormen uitstaken. We
verlieten dan ook het strand en gingen meer binnenwaarts over een
plateau, dat ten slotte uitliep in den steilen scherpen hoek van Kaap
Bira, door de inlanders de Oedjoeng Lassowa genoemd. Op den
achtergrond verhief zich een steile, ongeveer 120 M. hooge heuvel, de
Djanggo genaamd, typisch wegens den platten vorm, die de uitlooper is
van het hooge heuvelland, dat in noordelijke richting langs de kust van
Bira loopt. Een fraai uitzicht hadden we hier over de 9 mijl breede
Straat van Saleyer met de eilandjes Lyoekang Lowe en Sarontang,
benevens in de verte, wazig, het groote eiland Saleyer. Rechts een
onbeperkt uitzicht over de Soendazee en de zuidkust van Celebes, links
over de Bonische Golf. Geen wonder dat de zeeroovers dit vroeger een
uitgezocht punt vonden om zich te nestelen. Een uitgestrekt vergezicht
hebbende over de nabijliggende zeeën, konden zij de vreemde
vaartuigen, zoowel aan de oost- als aan de zuidkust van Zuid-Celebes
bespieden, terwijl de eigen vaartuigen de terecht gevreesde kaap niet
behoefden om te varen, daar de baai van Bira en die aan den anderen
kant van Kolong met hare strandvlakten zeer veilige schuilplaatsen
aanboden.
Voor den steil uit zee oprijzenden hoek steken eenige losse steenen uit,
die altijd boven water blijven. Hier ziet men een paar maal in de maand
de booten van de Koninklijke Paketvaart Maatschappij, passeeren op
hun weg naar de Molukken en de Golf van Boni, voor welke schepen
dit 300 à 400 vadem diepe vaarwater een uitstekende doorvaart
aanbiedt. Voor kleine vaartuigen maken de hier dikwijls voorkomende
hevige winden en stroomen het tot een gevaarlijk vaarwater;
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 18
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.