en bracht het veilig bij de kudde terug. Om die daad van liefde zegende God hem en liet hem stamvader worden van den stam der Waziri's. Ofschoon het ons waarschijnlijker in de ooren zou klinken, als de daad aan Issa was toegeschreven dan aan Missa, toch heeft deze overlevering mij vaak den tekst geleverd voor de uitlegging van het bijbelverhaal, als ik de menschen van dit primitieve volk toesprak.
Ofschoon de Afghanen vol ijver zijn in het belijden van hun godsdienst, zijn er toch velen onder hen, zoo onwetend op het punt van de leer, dat de meer beschaafde Mohammedanen er bezwaar tegen hebben, hun een plaats toe te kennen in de rijen der geloovigen. De Waziri's bij voorbeeld, die altijd bereid zouden zijn, deel te nemen aan een godsdienstoorlog, weten niet alleen heel weinig van de grondwaarheden van het Mohammedanisme, maar hebben eigenlijk van den godsdienst niets anders overgenomen dan de vereering voor heiligen en graven. De Afridi's zijn in dat opzicht al niet veel verder, en er wordt verteld, dat een afdeeling van dien stam, toen een andere stam hun verwijten deed, omdat ze geen graf van een heilige hadden, ertoe overging, een Seyed, die beroemd en hoog in aanzien was en die hun land bezocht, om het leven te brengen, hem te begraven en tot op den dag van heden er een eer in te stellen, op zijn graf te bidden.
De bergen aan de grens zijn vaak kaal en hebben geen velden en woningen te vertoonen, maar men kan niet ver gaan, of men komt bij een ziarat of heiligengraf, waar de vromen bidden en geloften afleggen. Zoo'n heiligdom ligt dikwijls op een ontoegankelijke plaats op een bergtop of op een klip. Rondom het graf zijn afgeknotte boomen, en aan de takken daarvan hangen een massa lappen en lapjes gekleurd katoen, want ieder pelgrim, die een gelofte aflegt en met een smeekbede komt, moet een lap bij, de andere voegen, als uiterlijk teeken van zijn gelofte. Wij geven de afbeelding van een beroemd heiligdom op het Soeleimangebergte. Ondanks de ontoegankelijkheid bezoeken jaarlijks honderden bedevaartgangers de plek, en zieken worden in hun bedden omhoog gedragen in de hoop, dat de zegen van den heilige hen moge genezen. Zulke pati?nten worden soms met hun bed op kameelen gebonden of worden op de schouders van hun vrienden meer dan honderd mijlen ver naar de een of andere ziarat gedragen. In sommige gevallen kan het best zijn, dat de verandering van lucht en de verwisseling van de muffe ziekenkamer, die donker en ongeventileerd is, voor de open lucht, tegelijk met den prikkel van verandering van klimaat en omgeving, hun aandeel hebben in de genezing, die nu en dan ontwijfelbaar volgt.
Een andere eigenaardigheid van die heiligengraven is, dat hun heiligheid en onaantastbaarheid zoo algemeen worden erkend, dat voorwerpen van persoonlijk bezit er gerust door de eigenaars langen tijd onbewaakt kunnen worden achtergelaten in het volste vertrouwen, dat ze de voorwerpen bij hun terugkomst onbeschadigd terug zullen zien. Dit is te meer opmerkelijk, als men bedenkt, dat deze stammen dieven van professie zijn en volstrekt geen misdaad zien in rooverij. De inwoners van een bergdorp kunnen naar de vlakte trekken in de wintermaanden en hun bedden, potten en pannen en ander huisraad onder de boomen van een naburig heiligengraf achterlaten, en bijna zeker vinden ze alles bij hun terugkomst eenige maanden later precies in orde weer op dezelfde plaats. Een bepaald voordeel van die heilige plaatsen is nog, dat het een zonde is, hout te kappen van een van de hen omringende boomen. Zoo zijn vaak die graven de eenige groene plekjes tusschen de heuvels en bergen, waar het onverschillige vandalisme van de stammen alle boomen en struikgewas al lang heeft uitgeroeid.
Graven hebben altijd een bijzondere heiligheid in de oogen der Afghanen, grooter nog dan bij andere mohammedaansche volken, en veelal zult ge een Afghaan, die voorbij een kerkhof rijdt, zien afstijgen en, gaande naar het een of ander in het oog vallend graf, dat het stoffelijk overblijfsel van een heilig man moet bevatten, houdt hij zijn handen omhoog in de houding van den biddenden Mohammedaan en roept den zegen van den heilige in voor zijn reis, om dan over zijn baard te strijken, zooals de Mohammedanen gewoonlijk doen als besluit van hun gebeden. Er zijn weinig kerkhoven, die niet een of ander heilig man herbergen of een fakir. Heel dikwijls is zelfs de aanwezigheid van zulk een heilige eenvoudig de reden, waardoor op een afgelegen plaats een kerkhof is ontstaan, omdat allen in den omtrek hun graf willen hebben dichtbij het zijne, in het geloof, dat op den dag der opstanding zijn heiligheid hun zonden en tekortkomingen zal goedmaken en hun stellig en zeker tot de zaligheid zal doen ingaan.
De graven liggen altijd in noord-zuidelijke richting, en als men een gat heeft gegraven,
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.