op zeer kleine schaal, geestelijk en wereldlijk souverein. De zendelingen, die de inwoners van de Tubua?-eilanden hebben bekeerd, hebben ook inlandsche leeraars en onderwijzers gevormd, aan wie zij de verdere voltooiing van hunne taak hebben overgedragen.--De kerk, van hout getimmerd, onderscheidt zich door niets bijzonders: zij is een publiek lokaal, waar het volk samenkomt om te bidden, te zingen en te luisteren naar de preeken van den koning, die tevens den Bijbel weet uit te leggen.--Het paleis des konings is zeer eenvoudig gemeubeld: de vloer is belegd met pandanusmatten; in eene der kamers zag ik pannen en potten en ander keukengereedschap, dat van een vrij hoogen trap van beschaving getuigde. Vooral werd mijne aandacht getrokken door het koninklijk ledikant, van _tomanu_planken getimmerd, en bij wijze van matrassen voorzien van eenige lagen boven elkander gestapelde matten.--Toen ik het paleis binnentrad, was de koningin juist bezig, aan den vermoedelijken troonopvolger de borst te geven. De etiquette aan het hof van Rurutu is niet bijzonder streng en getuigt voor de vrijzinnige denkbeelden van Teuruarii: eene zijner vrouwelijke bloedverwanten, in volkomen deshabillé, lag voor de voeten der koningin op den grond te slapen. Van eene lijfwacht was niets te bespeuren: tenzij als zoodanig de twee dikbuikige inlanders moesten gelden, die voor de deur zaten te rooken en te soezen.--De vorstinnen ontvingen mij met de meest mogelijke beleefdheid. Zijne Majesteit, die kokosnoten was gaan plukken, bood er mij een aan, waarvan ik zonder eenige vleierij kon getuigen dat zij heerlijk smaakte. Om zijnerzijds niet onder te doen voor de beleefdheid van den kommandant, die hem eenige nuttige geschenken, waaronder enkele stukken katoen, gezonden had, zocht de goede Teuruarii de mooiste vruchten en groenten van zijn tuin uit, om die den admiraal aan te bieden. Daarmede nog niet tevreden, voegde hij er zelfs twee kippen en twee varkens bij.
De inboorlingen, die ik te Rurutu gezien heb, komen uit een anthropologisch oogpunt het meest overeen met het zoo opmerkelijke ras dat Tahiti bewoont. Echter bedraagt de lengte van de mannen op de Tubua?-eilanden gemiddeld niet meer dan een el zeventig duim, terwijl in den archipel der Gezelschapseilanden de gemiddelde lengte voor de mannen een el negentig duim bedraagt. Wanneer ik de schoonheid der bewoners van Tahiti roem, dan bedoel ik daarmede uitsluitend het mannelijk geslacht; de vrouwen mogen dikwijls aanminnig zijn, schoon in den waren zin des woords zijn zij bijna nooit.
De kleeding is op de Tubua?-eilanden overal dezelfde en mist geheel de artistieke bevalligheid van de vroegere draperie?n van tapa, die naar oud-griekschen trant over de schouders werden geworpen. De kleeding der vrouwen bestaat uit eene wijde jurk of peignoir; in huis en als zij arbeiden, dragen zij niets anders dan een pareo, een soort van rok, bestaande uit een lap, welke om de heupen bevestigd wordt en tot beneden de knie?n reikt. De mannen dragen ook dien pareo en ook een europeesch hemd, dat dan over den pantalon hangt.
Rimatara, dat ik vervolgens bezocht, is dertig mijlen van Rurutu verwijderd; dit eilandje heeft slechts eene lengte van anderhalve mijl bij eene breedte van eene mijl. Ook hier is de kust omsloten door een gordel van koraalriffen; reeds uit de verte ziet men de hooge golven, die op deze klippen breken en in wolken schuim uiteen spatten.--Het hoogste punt van Rimatara stijgt niet boven de honderd el; een boschje van mangoboomen kroont deze hoogte en valt van alle zijden aanstonds in het oog. Kokospalmen en andere boomen ontspruiten tot zelfs op de koraalriffen, die het strand omzoomen.
De grond van Rimatara is zeer vruchtbaar; de schepen zouden hier overvloed van vruchten en andere levensmiddelen kunnen vinden, maar de onherbergzame kust biedt nergens eene veilige ankerplaats aan. Go?letten van Tahiti, die onder fransche vlag varen, drijven handel tusschen Rurutu en Rimatara, maar zonder aan het laatste eiland aan te leggen. De bevolking, uit ongeveer honderdvijftig zielen bestaande, levert jaarlijks gemiddeld voor den uitvoer omstreeks honderd ton aan koopwaren, met name katoen en arrowroot.
Wij voeren langzaam om het eiland heen; eene landing ging ook voor de sloepen met groote bezwaren gepaard, en het gelukte den inboorlingen niet, hunne prauwen in zee te brengen, ten einde ons eene landing te vergemakkelijken. De kommandant alleen ging een officieel bezoek afleggen bij de koningin Tama?va. Men hoopte aan boord op de milddadigheid van deze vorstin, maar zag zich in die verwachting teleurgesteld: de sloep bracht slechts eenige vruchten en een ouden haan mede. Trouwens de vrijgevigste en beminnelijkste koningin van de wereld kan niet meer geven dan zij zelve heeft.
Bij een tweede tochtje, kort daarna ondernomen, had ik gelegenheid de beide fransche eilandjes Tubua? en Wawitu of La?wawa? te bezoeken. Aan boord van de Manua bevonden zich toen twee passagiers, die, zij het ook krachtens verschillenden titel, het beginsel des gezags vertegenwoordigden: een gendarme, die als resident zijn post op Tubua? ging betrekken,
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.