Noodlot | Page 4

Louis Couperus
man, die, onberispelijk in zijn fijnen pels, met zijn nieuwmodischen hoogen hoed naast Frank zat in eene open victoria, beiden bedolven onder een zwaren, bonten plaid. Hij bewoog zich thans met groot gemak onder Franks kennissen, gekleed als een dandy, innemend en minzaam, zijn Engelsch lispelend met een gemaakt accent, dat hij voornaam vond. Hij dineerde met Frank iederen dag in Franks club, waarin hij ge?ntroduceerd was, proefde met het geblazeerdste gezicht ter wereld fazanten en fijnen wijn en rookte havanna's van twee shilling alsof het strootjes waren. Frank had inwendig den grootsten schik in hem en zag hem, met een glimlach vol heimelijk vermaak, kalm zijn gang gaan, pratende met jongelui van de wereld zonder zich een oogenblik uit het veld te laten slaan; en Frank vond die comedie zoo amusant, dat hij hem, overal waar hij kwam, presenteerde.
De winter verzachtte zich tot eene mistige lente, de season kwam en Bertie scheen het zeer aangenaam te vinden afternoon-tea's en at-home's bij te wonen; aan een groot diner tusschen twee paar mooie schouders te flirten, nooit verblind door de tinteling der juweelen en nooit bedwelmd door de tinteling der champagne; in een fauteuil der dress-circle kwijnend achteruit te leunen, terwijl zijn fijn gelaat zeer gedistingeerd rustte op zijn hoogen glanzenden boord, zijn wit boeketje geurde in zijn knoopsgat en zijn binocle tusschen zijne, nu genezen, vingers draaide, als was geene dier dames de moeite waard door hèm betuurd te worden. Frank zelf, uit gebrek aan werkzaamheid, had als iemand, die zijn vermaak neemt, waar hij het vindt, Bertie in dit leven vooruit geduwd, niet alleen om hem te helpen, maar ook voor de pret: een dol amusement, om al die menschen voor den gek te houden! Bertie had vele scrupules en noteerde, in een zakboekje, trouw elke penny, die Frank voor hem uitgaf--in betere tijden zo? hij dat alles teruggeven--en het lijstje bedroeg in die twee weken een paar honderd pond. Ook thuis vond Frank hem een eenig amusement: Bertie, die met een paar lieve woordjes Annie en haar man, Franks oppasser en butler, voor zich had weten te winnen, gooide alle meubels dwars door elkaar in eene grillige wanorde, kocht beelden, groote palmen en Oostersche stoffen en herschiep de ongezelligheid van vroeger tot een artistiek comfort, dat tot luizijn uitnoodde: een half donker licht, ruime divans; de, met Egyptische pastilles en fijne cigaretten doorgeurde, atmosfeer van een alkoof, waarin alle gedachte wegdommelde en het oog half geloken bleef hangen aan de naakte vormen der beelden, opbronzend onder het groen der planten. Des avonds waren het daar festijnen, orgie?n met enkele uitverkoren vrienden en enkele uitverkoren schoonen: twee dames van een skating-rink en eene figurante van een theater, die met hare vermillioenen lipjes genoeglijk rookten en dronken op Bertie's gezondheid. Frank amuseerde zich als een koning om Bertie, die, in eene diepe minachting voor het vrouwlijk geslacht, ongevoelig voor haar drie?r bevalligheden, ze voor den gek hield, ze plaagde, ze tegen elkaar ophitste, tot zij elkaar bijna de oogen uitkrabden, ze ten slotte champagne goot in heur gedecolleteerde lijfjes.
Neen, nog nooit had Frank zich zoo geamuseerd gedurende zijn lang verblijf te Londen, waar hij als ingenieur zich gevestigd had, om zoogenaamd eene kosmopolitische tint aan zijne kennis te geven.
Hij was in-en ingoed, te doorvoed om veel te denken; hij had van alles genoten en gaf niets om het leven, dat maar eene comedie was, die gemiddeld zes en dertig jaren duurde, volgens de statistiek. Hij maakte enkele pretenties op eene filosofische levensbeschouwing, maar eigenlijk bestond deze in een uit-den-weg ruimen van alles wat niet amusant was. Nu, Bertie wàs amusant, niet alleen om zijne grappen met die vrouwen--wreed spel als van een panter--maar vooral om de klucht, die hij in Franks wereld speelde, dat zich voordoen als een high-lifer: een vagebond, die eene maand geleden in lompen op straat had staan bibberen! Het was een geheim vermaak van elk oogenblik en hij gaf Bertie geheel en al carte blanche om zijne rol vol te houden: eene carte blanche weldra ingevuld door groote rekeningen van tailleurs, want Bertie kleedde zich met geraffineerde ijdelheid, kocht dassen bij dozijnen, nam ieder boordje dat in de mode kwam, nu recht, dan met een puntje zoo, dan met een puntje zus, en wiesch zich met al de watertjes van Rimmel. Het was of hij zich dompelen wilde in al de verfijndheid van een fat, na goor geweest te zijn als een voddenraper. En noteerde hij eerst in zijn zakboekje al deze mirobolante uitgaven, weldra vergat hij een post, daarna nog een en eindelijk, omdat zijn potlood weg was, vergat hij alles!
Zoo verliepen er weken en Frank dacht er niet aan moeite te doen bij zijne invloedrijke kennissen om Bertie aan eene betrekking te helpen. Hun leven van rijk niets doen vulde geheel hunne gedachte, ten
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 59
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.