uitgedrukt. Er is niets, dat kunst niet kan teruggeven, en ik weet, dat mijn werk, sinds ik Dorian Gray ontmoette, knap is, het beste, dat ik ooit doen zal. Maar ik ben benieuwd of je me begrijpen zal? Zijn persoonlijkheid heeft mij een geheel nieuwe manier ingegeven. Ik zie de dingen anders, ik denk anders over die dingen. Ik kan nu het leven herscheppen op een manier, die mij vroeger verborgen was. Een droom van lijnen in dagen van gedachten, wie heeft dat ook weer gezegd? Ik weet niet meer, maar dat is het wat Dorian Gray voor mij is. Niets dan het uiterlijke bijzijn van dien jongen--want voor mij is hij nog een jongen, hoewel hij toch over de twintig is--niets dan zijn uiterlijke bijzijn--oh! begrijp je wat dat in zich heeft? Zonder te weten, opent hij mij een nieuwe school, een school, waarin heel de passie van den romantieken geest, en heel de volmaaktheid van den Griekschen geest is. Harmonie van ziel en lichaam--hoeveel is dat niet! Wij, in onze dwaasheid hebben ze van elkaar gescheiden en hebben een realisme uitgevonden, dat vulgair en een idealisme, dat hol is.--Harry, als je weten kon wat Dorian Gray voor mij is! Herinner je je dat landschap van me, waar Agnew zooveel voor bood, maar waar ik niet van wou scheiden? Het is een van mijn beste werken. En waarom? Omdat, terwijl ik het schilderde, Dorian Gray naast mij zat. Een subtiele invloed ging van hem over op mij, en, voor het eerst in mijn leven, zag ik in het eenvoudige boomlandschap dat, wat ik altijd zocht, en altijd miste.
--Basil, dat alles is bepaald interessant. Ik moet dien Dorian Gray eens zien.
Hallward stond op, liep den tuin op en neer. Na een korte poos kwam hij terug.
--Harry, zeide hij. Dorian Gray is niets dan een motief in mijn kunst. Jij zou niets in hem zien. Ik zie alles in hem. Hij is nooit meer in mijn werk, dan wanneer zijn wezen niet om mij is. Hij is, zooals ik zei, een suggestie van iets nieuws. Ik vind hem terug in de rondingen van zekere lijnen, in de lieflijkheid en fijnheid van zekere kleuren. Dat is alles.
--Maar waarom wil je dan zijn portret niet expozeeren? vroeg Lord Henry.
--Omdat, zonder het te willen, ik er iets in heb gelegd van deze curieuze artistieke idolatrie, waar ik natuurlijk met hem nooit over gesproken heb. Hij weet daar niets van. Hij zal er ook nooit iets van weten. Maar de wereld mocht het eens raden, en ik wil mijn ziel niet bloot geven aan hun domme nieuwsgierige oogen. Mijn hart zal nooit onder hun microscoop komen. Daar is te veel van mijzelven in dat doek, Harry,--te veel van mijzelven!
--Dichters zijn niet zoo teergevoelig als jij. Zij weten best hun passies te gebruiken om naam te maken. Een gebroken hart geeft tegenwoordig telkens nieuwe uitgaven.
--Ik haat ze daarom! riep Hallward uit. Een artist moet mooie dingen scheppen, maar er niets van zijn eigen leven in leggen. We leven in een eeuw waarin kunst als een soort autobiografie beschouwd wordt. Wij hebben het abstracte idee van schoonheid verloren. Eens zal ik de wereld toonen wat dat is, en daarom zal de wereld ook nooit mijn portret van Dorian Gray zien.
--Ik geloof, dat je ongelijk hebt, Basil, maar ik wil niet met je kibbelen. Intellectueel verloren is iedereen, die redeneert. Zeg eens, is Dorian Gray erg op jou gesteld?
De schilder dacht even na.
--Hij houdt van me, zei hij toen; ik weet, dat hij van mij houdt. Natuurlijk vlei ik hem vreeselijk. Ik vind er een vreemd genoegen in hem dingen te zeggen, waarvan ik later spijt heb. Over het algemeen, is hij heel aardig tegen me, en kunnen we heel gezellig over allerlei dingen zitten praten in mijn atelier. Maar nu en dan is hij erg onnadenkend en schijnt hij er pleizier in te hebben mij pijn te doen. En Harry, dan voel ik, dat ik mijn heele ziel gegeven heb aan iemand, die ze beschouwt als een bloem, om in zijn knoopsgat te steken.
--Misschien zal het jou nog eerder gaan vervelen dan hem, Basil, murmelde Lord Henry. Het is treurig, maar genie duurt ongetwijfeld altijd langer dan schoonheid; daarom jagen we allemaal zoo naar overbeschaving. In onzen strijd voor het bestaan zoeken we naar iets, dat stand houdt, en daarom vullen we onze hersens op met nonsens en met feiten, in de dwaze hoop dan te zullen blijven staan. Een man, die van alles op de hoogte is, dat is het moderne ideaal. En de hersens van zoo een man zijn een vreeselijke chaos; het is er net als in een galanteriewinkel; niets dan stoffige prullen, geprijsd boven de eigenlijke waarde ... O ja, hij zal jou het eerste gaan vervelen. Op een goeden dag zal je
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.