De Leeuw van Vlaanderen

Hendrik Conscience
Leeuw Van Vlaanderen, by
Hendrik Conscience

Project Gutenberg's De Leeuw Van Vlaanderen, by Hendrik
Conscience This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost
and with almost no restrictions whatsoever. You may copy it, give it
away or re-use it under the terms of the Project Gutenberg License
included with this eBook or online at www.gutenberg.net
Title: De Leeuw Van Vlaanderen Of De Slag Der Gulden Sporen
Author: Hendrik Conscience
Release Date: April 22, 2005 [EBook #15682]
Language: Dutch
Character set encoding: ISO-8859-1
*** START OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK DE LEEUW
VAN VLAANDEREN ***

Produced by Joris Van Dael, Frank van Drogen and the Online
Distributed Proofreading Team.

De Leeuw Van Vlaanderen
Of De Slag Der Gulden Sporen

Hendrik Conscience

Inleiding

Het Boek Dat Een Leeuw Leerde Klauwen
In 1837 had Hendrik Conscience zijn eerste roman, In 't Wonderjaer,
gepubliceerd, en wel in het "Vlaemsch"--wat toen zonder meer een
politieke daad was. In datzelfde jaar verdiepte hij zich in een toen zeer
actuele geschiedenis: de slag der gulden sporen. De Leeuw van
Vlaenderen verscheen (in drie banden) in 1838 en kende een voor die
tijd opzienbarend succes. Conscience is dan 26 jaar en geniet op slag
een niet meer geëvenaarde populaire bijval. Het geheim van zijn succes?
Hij moet zijn volk, zowel de Vlaamse, politiek bewuste, intellectuele
middenstander als het "mindere volk" dat nog amper kon lezen (en de
Leeuw nog voor een aantal jaren vooral zou moeten horen voorlezen)
intens geraakt hebben in een bepaalde gemoedslaag. De kern van het
boek is de nationaal-politieke bezieling, die de verteller van de Leeuw
op zijn lezers overdraagt met een onweerstaanbaar emotioneel
engagement. De Leeuw is een uitermate representatief staal van
Consciences kunst, d.w.z. een mengeling van "schilderende" en
"onderwijzende" letterkunde. Door het machtig verleden van
Vlaanderen in fors geborstelde (massa-)taferelen op te roepen wil hij de
Vlaming bewust maken van zijn nationale identiteit en eigenwaarde en
hem wakker maken voor de Vlaamse zaak, toen zo bedreigd in een
door de Franstalige bourgeoisie gedomineerde Belgische staat. Door
hem te leren lezen wilde Conscience de Vlaming leren klauwen.
Lees het Voorwoord en de beroemde vermanende slottoespraak, maar
let ook op de talrijke expliciete en impliciete stellingnamen van de
verteller, die de lezer tracht in te palmen, te overtuigen, te beleren en op
te zwepen. Een meeslepend gevoelselan doorzindert dit boek dat,
typisch genoeg, eigenlijk geen centrale held kent, maar als roman van

een volk een hele volksgemeenschap laat zegevieren. Het didactisme
van Conscience, zoals van zijn tijdgenoten in de romantiek, blijkt
bijvoorbeeld uit belerende voetnoten waarmee hij graag uitpakt: een
waarborg van deskundigheid en waarachtigheid waar hij zijn lezer voor
de Vlaamse zaak mee wil winnen.
Onze uitgave heeft iets speciaals: zij biedt, op de spelling na en in één
band, precies de tekst die de lezer van 1838 heeft kunnen zien. Wij
wilden de oorspronkelijke tekst zo getrouw mogelijk bewaren en toch
de niet-specialist een zo leesbaar mogelijke tekst aanbieden. Daarom
hebben wij praktisch alleen de spelling aangepast. Woorden en
wendingen die nu archaïsch voorkomen, hebben wij laten staan. Ook
aan Consciences soms gammele zinsbouw hebben wij niet gesleuteld,
maar manifeste taalfouten, bij voorbeeld genus-aanduidingen, hebben
wij gecorrigeerd. Geen woord of zinsdeel werd geschrapt. Wij hebben
hertoetst noch hertaald. Wij hebben getracht die authentieke 'patine' die
over de originele tekst ligt, intact te laten, opdat Hendrik Conscience
ons nu, meer dan honderd jaar na zijn dood, weer aan en toe zou
spreken met precies die stem, die intonatie, die woordenschat en ook in
dat soms onbeholpen "Vlaemsch" waar hij een eerste generatie van
lezers mee heeft geraakt en geboeid. Aldus, zo hopen wij, zal die
Leeuw weer klauwen met onverminderde kracht en authenticiteit, zoals
ongeveer anderhalve eeuw geleden.
M. Janssens

Aan De Heer Ridder Gustaf Wappers 's Konings Schilder

Weledele heer,
Nu de gunst mijner landgenoten, mijnen arbeid bekronende, mij een
plaats tussen onze vaderlandse schrijvers gegeven heeft, nu ik enigszins
met vrijere stappen in de letterbaan mag voortgaan, behaag ik mij in
het herdenken aan wie ik dit verschuldigd ben;--wie mij, nog ongekend,
aanmoedigde en mij een deel zijns vernufts indrukte, onder wiens blik,

onder wiens stem ik mijn ziel in kunstdorst en in vaderlandsliefde
voelde ontsteken, wie voor mijn welzijn als voor dit eens broeders zich
bekommerde en mij, in het verdriet, in de stonden van bittere
onttovering, een vriend en een weldoener was.--Die naam zo heilig
voor mij, die naam is de uwe, o Gustaf!
Ik kon U voor zoveel goedheid niets dan dankbaarheid en liefde
terugkeren, niets dan bewondering voor uw edel hart.--Ook, wie zal
zeggen wat ik geleden heb, wat verontwaardiging mij getroffen heeft
wanneer ik U, mijn weldoener, aan de schichten des nijds en der
lasteraars zag blootgesteld, wanneer ik zag dat zij, uw kunst niet
durvende raken,
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 182
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.