gesloten huisdeuren stil te rooken of te pruimen. Herhaaldelijk vroeg ik, of ik iets kon koopen, dat ik met den vinger aanwees, bijv. een pakje sigaren of tabak, en telkens ontving ik slechts eene melancolieke, maar stellig weigerende hoofdschuddende beweging tot antwoord. De honden zelfs schenen door hunne droevige houding aan te toonen, dat het zondag was, en dat ze niet mochten draven, of gekheid maken, of elkaar beleefdheden bewijzen als op andere dagen.
Daar treft op eens een vroolijke fanfare, een helsche muziek van trommels, cimbalen, fluiten en klaroenen mijn oor. Ik zie een twintigtal mannen en vrouwen, oude vrouwen vooral, in fantastische uniformen, met versnelden pas voorbijtrekken, de vlag voorop. Ze maken deel uit van het Leger des heils. En dan te moeten bekennen, dat die dwaze maskerade, het eenige vroolijke verschijnsel in mijn bezoek aan Winnipeg, niet bij machte was, de stroeve aangezichten van de enkele toeschouwers op straat te ontspannen!
't Is intusschen drukkend warm; de zon brandt op de stoffige en te weinig beschaduwde straten der hoofdstad van Manitoba. Om geen zonnesteek te krijgen, verschuil ik mij dan ook maar in een h?tel bij 't station. Maar om een glas bier machtig te worden, moet ik een krijgslist gebruiken. Van buiten gezien schijnt de bar gesloten, en werkelijk is de straatdeur dan ook hermetisch dicht. Doch er is nog wel iets op te vinden. De ingewijden kennen den weg naar zeker klein deurtje, dat tot het buffet toegang geeft. Daar zult ge verbaasd zijn, in het half-duister een talrijk gezelschap aan te treffen,--wat tot op zekere hoogte de stilte op straat verklaart--en men zal u er alle dranken, die ge verlangt, verschaffen. Dat noemt men hier de zondagsrust eerbiedigen!
Ten westen van Winnipeg gaat de weg, die in volkomen rechte lijn, tot zoo ver het oog reikt, zich voortzet, door eene geheel vlakke streek. We zijn in de zone van die prairie?n, die bijna overal hebben plaats gemaakt voor korenvelden, naar alle zijden zich uitstrekkend, zonder een enkelen boom en zonder afsluitingen. Groote boerenhoeven wijzen hier en daar op den rijkdom van dit deel van Manitoba, dat met den staat Dacota, welks noordgrens niet ver is verwijderd, er naar streeft, de korenschuur van Europa te worden. Duizenden mijlen lang zal de streek zoo blijven: aangrijpend beeld voor de toekomst van onzen landbouw!
Portage-la-Prairie, aan de rivier Assiniboine, is het eerste belangrijke station en een der voornaamste marktplaatsen der provincie. Men ziet er groote molens en reusachtige elevators.
Brandon, waar we 's avonds aankomen, bestaat reeds tien jaar; 't is een stad met 6000 inwoners en de grootste korenmarkt van Manitoba. Daar moeten we weer ons horloge een uur achteruit zetten. Men heeft er tien minuten oponthoud. De dames uit de stad komen in groot toilet op het perron van den spoorweg; 't is vandaag Zondag, en er zijn niet veel publieke vermakelijkheden te Brandon!
Er zijn een massa reizigers bijgekomen. In de parlour en den rookwagen gaat het zeer levendig toe; misschen gedeeltelijk tengevolge van de glazen whisky met apollinaris, waarop de heeren elkander tracteeren. Het kleine badkamertje in onzen waggon dat ik nog niet heb vermeld, schijnt nog meer te worden gebruikt voor die soort van plengoffers, dan voor het doel, waartoe het werd bestemd.
28 Juli.--In den afgeloopen nacht zijn we Qu'appelle voorbijgegaan, een groot dorp aan de rivier van dien naam.
Regina, waar we zeer vroeg aankomen, is de voornaamste stad aan de Assiniboine, een der vier districten, waarin voorloopig het groote Territorium van het noordwesten is verdeeld.
Het aantal inwoners van Regina, "de koningin der prairie?n", is nog niet meer dan 2200, en toch is het de zetel van de wetgevende macht der staten van het Westen tusschen Manitoba en Columbia en het hoofdbureau der rijdende politie. Dit keurcorps bestaat uit duizend in den krijg geharde ruiters, en moet de grens der Vereenigde Staten bewaken en de orde handhaven onder de blanken en de over groote uitgestrektheden verspreide Indianen; meer nog, ze moet waken voor de naleving der wet, die onder strenge strafbepalingen verbiedt, aan de Indianen alcoholische dranken te verkoopen.
Van nu af zullen we telkens bij de stations Indianen aantreffen. In dekens gewikkeld, zwijgend neergehurkt, zitten die arme menschen langs de spoorweggebouwen en bieden aan de trein-passagiers buffelhorens te koop aan, mooi opgewreven en kunstig aaneengehecht, of borduurwerk van hun hand of andere kleine merkwaardige voorwerpen. Deze Indianen zijn van den stam der Zwartvoeten, wier gereserveerd terrein langs den spoorweg ligt.
Gisteren wees mijn thermometer in den namiddag 33�� aan. Heden morgen is de temperatuur zeer koel, maar alles voorspelt, dat we weer een warmen dag zullen krijgen. In dezen tijd van het jaar bedraagt de dagelijksche schommeling in de temperatuur wel 20 �� 25 graden. Stellig ga ik mij nooit in dit land vestigen, waar het 's nachts ijzig koud is, en dat den ganschen dag, zonder eenige beschutting,
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.