en de verantwoording voor op zich nemen. Het verdeelen van het voedsel is geen kleinigheid; daar moet de geheele bemanning bij te pas komen. Zooveel eten als hij op kan, is het ideaal van den Eskimohond, en de beste manier om den weg te vinden naar zijn hart, is hem een stuk vleesch te geven. Volgens dit beginsel is dan ook ons heele gedrag tegenover onze kostgangers geregeld, en het resultaat van deze politiek was uitstekend, zoodat na enkele dagen alle groepen op den besten voet stonden met hun verzorgers.
Maar het kettingr��gime was niet naar den zin van de honden; hun temperament is veel te vurig om zich daarin te schikken. Het zou echter gevaarlijk wezen, hun de vrijheid te gunnen, eer hun opvoeding verder is gevorderd. Zoo het al gemakkelijk is, hun genegenheid te winnen, minder licht gaat het, ze op te voeden. Het is roerend hoe blij de dieren zijn, als we ons met hen bemoeien. Vooral des morgens is de begroeting hartelijk. Zoodra hun meesters verschijnen op het dek, drukken ze hun vreugde uit door een gehuil in koor; maar ze willen nog meer en zijn niet eerder tevreden, voordat men ze heeft geliefkoosd. Als men bij dat bezoek eens een vergeet, geeft die dadelijk blijken van teleurstelling.
Van dag tot dag raken ze beter gewend aan boord, en we beginnen vast te hopen, hen allen gezond en wel aan de Barri��re aan wal te zetten. Dat resultaat kan enkel worden bereikt door overvloedig voedsel van goede hoedanigheid. Het bestaat hoofdzakelijk uit gedroogde visch, en om daarin afwisseling te brengen, wordt hun driemaal in de week soep voorgezet van gehakte visch met ma?smeel. Dat gerecht valt zeer in den smaak. Ze leeren al precies de dagen, waarop het hun zal worden voorgezet, en zoodra ze het gerammel van de pannen hooren, beginnen ze zoo hard te huilen, dat men elkaar onmogelijk kan verstaan, te huilen, wel te verstaan, van blijdschap. Naar gelang ik nader kennis maak met mijn reisgezellen, word ik meer en meer overtuigd, dat allen met vreugde het plan zullen begroeten, naar de Zuidpool te gaan, als ik het hun zal ontvouwen, nadat we Madera zullen hebben verlaten. Ik verlang, zoo gauw mogelijk in die haven te komen. Het zal zoo prettig wezen eindelijk te kunnen spreken! Het is noch aangenaam, noch gemakkelijk, een geheim te bewaren, vooral aan boord van een schip, waar men op elkander is aangewezen. In onze dagelijksche gesprekken had men het natuurlijk vaak over de moeilijkheden, die ons zouden wachten in de buurt van Kaap Hoorn. Als de honden al goed heenkomen door den eersten overgang over den equator en door tropische zee?n, blijft het nog de vraag, of het geluk ons even goed zal dienen in den Stillen Oceaan, en zoo vervolgens. De verplichting, om zoo op al mijn woorden te passen, begint mij zeer te drukken. En als ik nog maar met nieuwelingen te doen had, maar de meeste van mijn reismakkers hebben jaren in de poolstreken doorgebracht, zoodat de geringste toespeling genoeg zou zijn geweest om het heele plan te onthullen.
Den 5den September om tien uur 's avonds kregen we den vuurtoren van San Lorenzo in zicht, op het eilandje Foca dichtbij Madera, en den volgenden dag wierpen we het anker uit op de reede van Funchal. Nauwelijks was dat gebeurd, of de gezondheidsdienst kwam aan boord, vertegenwoordigd door een klein meneertje, dat heel gewichtig deed. Boven gekomen, had hij op het gezicht van al de open bekken van de van warmte hijgende honden geen lust, meer vragen te stellen en stapte zoo gauw mogelijk de trap weer af. Daar Funchal onze eenige haven zal zijn, nemen we er versche levensmiddelen aan boord en een aanzienlijken voorraad water. Drie dagen later vertrokken wij. Nu was het oogenblik gekomen, dat zoo lang was verbeid, het moment, om mijn reisgezellen op de hoogte te brengen van het besluit, dat ik reeds bijna een jaar geleden had genomen. De heele bemanning wordt op dek geroepen. Wat ging er wel om in de gedachten van hen allen, toen dit bevel hun werd gegeven? Ik weet het niet, maar zeker dachten ze niet aan de Zuidelijke IJszee, noch aan de Zuidpool.
Luitenant Nilsen brengt een groote kaart boven, waarvan de verschijning terstond de nieuwsgierigheid gaande maakt. Weinige woorden volstaan, om ieder zich rekenschap te doen geven, waar hij vandaan komt en waar we heen gaan. Op de kaart van het zuidelijk halfrond leg ik kort mijn plannen uit en de motieven, die mij hebben genoopt, ze tot nu toe geheim te houden. Van tijd tot tijd kijk ik onder het spreken mijn toehoorders aan, om hun indrukken waar te nemen. In het begin lees ik, wat heel natuurlijk is, enkel de grootste verbazing op hun gezichten, maar die uitdrukking maakte al spoedig plaats voor
Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.